Bron: Maria Muller, 
RT.DE  4 juni 2020

De rechtzaken om het Venezolaans goud in de kluizen van de Bank of England stapelen zich op. Blijkbaar vinden ze allemaal plaats voor dezelfde handelsrechtbank in Londen, de handelsrechtbank, en allemaal onder het voorzitterschap van rechter Nigel Teare.

door Maria Müller

Venezuela had zelf op 14 mei een rechtszaak tegen de Bank of England aangespannen bij de genoemde rechtbank in Londen. De regering eist de terugkeer van een deel van Venezuela’s staatsreserves van 31 ton goud met een waarde van ongeveer een miljard dollar.
Hugo Chávez had al in 2011 – lang voor Maduro – geijverd en bevolen om een groot deel van de goudreserves van Venezuela laten terugbrengen naar Venezuela. Maar aanzienlijke hoeveelheden van het edelmetaal worden nog steeds overzee opgeslagen.

Lees ook: Geef ons ons goud terug! Venezuela daagt de Bank of England voor de rechter

De Bank of England is ook naar de handelsrechtbank gegaan. Sinds 2018 weigert zij deze activa over te dragen aan de Venezolaanse staat met het argument dat zij niet kan beslissen aan wie zij de gouden schat moet overdragen. De bank eist daarom een uitspraak van de handelsrechtbank over de vraag of Nicolás Maduro of Juan Guaidó de legitieme president van Venezuela is.

De rechtszaak van de Deutsche Bank

Deutsche Bank heeft ook stappen ondernomen bij hetzelfde Londense arbitragehof. Vandaag de dag claimt het 20 ton Venezolaans goud, dat ook in de kluizen van de Britse bank is opgeslagen. Deze grote voorraad edelmetaal is afkomstig uit het onderpand voor een leningovereenkomst met de Venezolaanse regering voor 2016 voor 750 miljoen dollar, maar de lening zou lopen tot 2021. Aangezien Venezuela tot nu toe echter niet in staat is geweest de rentebetalingen af te dragen, eist de Deutsche Bank nu deze garantie voor zichzelf op.

In de tussentijd is de waarde van het edelmetaal echter gestegen en, in het geval van de bankgaranties voor Deutsche Bank, met ongeveer 123 miljoen dollar. De Caribische staat heeft recht op dit verschil.

De Deutsche Bank zou echter door de Trump-regering kunnen worden beschuldigd van het schenden van de economische sancties en zou ook kunnen worden gesanctioneerd als zij Venezuela voor deze 123 miljoen euro aan waardevermeerdering terugbetaalt.

Deutsche Bank wil ook weten wie recht heeft op deze meerwaarde: De Venezolaanse regering onder president Nicolás Maduro of de leider van een deel van de oppositie in Venezuela, Juan Guaidó. Hoewel deze laatste door 50 staten wordt erkend als de vermeende legitieme president van het land, erkennen nog eens 150 staten hem niet als zodanig. Vandaag de dag heeft deze politieke student van Donald Trump weinig steun in Venezuela. Zijn connecties met corruptie, drugskartels en de met in beslag genomen staatsfondsen gefinancierde Amerikaanse huurlingengroep Silvercorp, voor een oorlog tegen Venezuela, hebben zijn reputatie thuis ernstig beschadigd.

Een Britse handelsrechtbank moet nu de president van Venezuela benoemen.

Om te beoordelen of een dergelijke onderneming de bevoegdheden van een handelsrechtbank niet ver overschrijdt, moeten de vorige functies van deze handelsrechtbank in herinnering worden gebracht:

De rechtbank behandelt complexe zaken die voortvloeien uit nationale en internationale zakelijke geschillen. Een bijzondere aandacht gaat uit naar de internationale handel, banken, verzekeringsmaatschappijen en grondstoffen. Het is ook de belangrijkste toezichthoudende rechtbank voor arbitrageprocedures in Londen.

Het lijkt bizar dat een dergelijke handelsrechtbank de politieke kwalificatie en definitiebevoegdheid heeft om te bepalen wie de rechtmatige president van een land is. Als gevolg daarvan zou het nationale eigendom van een hele natie onteigend kunnen worden. Miljoenen kiezers zouden worden genegeerd en niet naar hun mening worden gevraagd. Dit is nieuw in de geschiedenis van de rechtspraak. Wat gebeurt er als dit voorbeeld populair wordt?

Tot voor kort was de rechtszaak van de Deutsche Bank volledig verborgen voor de media en de politiek. De hele zaak kwam pas vorige week aan het licht door een artikel op de mediawebsite vn Bloomberg. Dat was de dag dat de eerste onderhandelingsronde in het geschil over het Venezolaanse goud in Londen plaatsvond.

De twijfelachtige processtrategie van de handelsrechtbank

Rechter Nigel Teare heeft erkend dat een uitspraak over de situatie van de Venezolaanse staatsactiva dringend noodzakelijk is. Gezien de corona-epidemie en de bijzondere noodsituatie die daardoor voor de bevolking is ontstaan, heeft het land financiële middelen nodig voor geneesmiddelen en voedsel, evenals technische apparatuur voor ziekenhuizen en infrastructuur. Toch stelde hij het proces uit tot een datum “niet voor 22 juni”, waarbij een proces, dat enkele dagen zou kunnen duren, eerst zou moeten verduidelijken wie de legitieme president van Venezuela is. De verklaring zou “de weg vrijmaken” voor alle verdere juridische verduidelijkingen. Een twijfelachtige tactiek.

Met deze beslissing volgde de rechtbank de politieke argumentatie van Juan Guaidó’s verdedigingsraadsman. Hij stelde dat het goud niet aan de Centrale Bank van Venezuela toebehoorde, maar aan “de Republiek” in de persoon van de president. Een visie die op zijn minst een discussie waardig is.

Tot nu toe werden de centrale banken van staten over het algemeen beschouwd als een orgaan van het nationale monetaire en financiële beleid en als beheerders van overheidsactiva. Hier schept de Handelsrechtbank in Londen een nieuw, twijfelachtig precedent van grote betekenis.

De tactiek van parallelle instellingen in het buitenland

In zijn poging om zichzelf, en zijn pogingen om de macht te grijpen, de schijn van wettigheid te wekken, richtte Juan Guaidó verschillende parallelle instellingen buiten Venezuela op. Ze dienen als aanspreekpunt voor de met hem geallieerde Europese en Noord-Amerikaanse staten en hun rechtbanken aangaande de verkoop van Venezolaans staatseigendom in het buitenland.

Zo heeft Guaidó ook in juli 2019 een tweede, parallel bestuursorgaan in ballingschap opgericht – de Venezolaanse Centrale Bank! Hij installeerde hetzelfde mechanisme ook in het geval van de staatsoliemaatschappij PDVSA en haar dochteronderneming Citgo in de VS, die nu door een Amerikaanse rechtbank daar te koop wordt aangeboden.

De parallelle “baas” van de Centrale Bank van Venezuela, aangesteld door Guaidó, heeft met tevredenheid gereageerd op de beslissing van de rechtbank in Londen, meldt Reuters. De rechter had de argumenten van de directie van de oppositiebank overgenomen. Als de rechterlijke macht het conflict tussen twee presidenten beslecht, is de weg vrij voor een ander proces, dat bij dezelfde rechtbank aanhangig is. Hij zei dat er 120 miljoen dollar op het spel stond. Dat is het bedrag dat de Deutsche Bank aan Venezuela moet terugbetalen…

Een oplossing met de hulp van de VN

Begin mei heeft de Venezolaanse regering het Ontwikkelingsprogramma van de Verenigde Naties (UNDP) gevraagd een bemiddelende rol te spelen in het conflict. De Venezolaanse goudschat wordt ter beschikking gesteld van de VN om medische en humanitaire hulp te verlenen in de Caribische staat.

Op 27 mei bracht Reuters verslag uit over een interview met de gouverneur van de Venezolaanse centrale bank, Calixto Ortega, die optimistisch was over deze oplossing. De New York Times deed ook verslag van dit interview.

Volgens de krant was de voortgang van de onderhandelingen met de vertegenwoordigers van het UNDP in Venezuela positief. Er was afgesproken om een deel van het Venezolaanse goud in de Bank of England te gebruiken om voedsel en medicijnen te kopen tijdens de pandemie van het coronavirus.

In een interview met Reuters legde Ortega uit dat de Verenigde Naties het geld rechtstreeks van de Bank of England zouden ontvangen, waardoor elke mogelijkheid van verduistering van de middelen zou worden uitgesloten. Dit vermoeden was een van de belangrijkste argumenten die de Britse bankiers tot nu toe hebben gebruikt om te weigeren Venezuelaans staatseigendom terug te geven. De directe druk van de Trump-regering op de Britse regering en de staatsbank was en is de doorslaggevende factor.

Elk VN-programma in Venezuela is echter nog steeds afhankelijk van het feit of de Bank of England de middelen daarvoor vrijmaakt.

We hebben geen inkomen, geen manier om contant geld in omloop te brengen, en in het midden van een pandemie hebben we geen toegang tot onze fondsen in het buitenland”, klaagde Ortega in dit gesprek.

De rechtbank schept een gevaarlijk precedent

Maar als de handelsrechtbank in Londen Juan Guaidó – en niet Nicolás Maduro – op bevel van de rechtbank erkent als de legitieme president, zal de humanitaire hulp van het VN-ontwikkelingsprogramma weinig kans hebben om de bevolking van Venezuela te bereiken. Want Guaidó is het altijd met Trump eens geweest dat de sancties, en daarmee het lijden van de Venezolanen, zoveel mogelijk moeten worden opgevoerd om uit de opgestapelde wanhoop een staatsgreep te plegen.

Dit schept een ander precedent, zo niet een carte blanche. De vraag is of een buitenlandse bank de valuta- en goudreserves van een buitenlandse staatsbegroting in beslag kan nemen, omdat een regering vermeende of reële democratische gebreken heeft. Hoeveel regeringen op deze aarde zouden dan door andere staten veroordeeld kunnen worden tot dezelfde onteigeningen? Hoeveel regeringen worden geconfronteerd met een groot verlies aan legitimiteit, ook al worden ze in het officiële politieke en media-jargon niet als “regime” in diskrediet gebracht?