Bron: David Vine 
COHA 22 april 2021 ~~~

Te midden van nieuwe angstzaaierij over een “invasie” aan de grens tussen de V.S. en Mexico, is de 175ste verjaardag van de oorlog van 1846-1848 die de V.S. regering met Mexico ontketende, deze week een herinnering dat invasies doorheen de geschiedenis van de V.S. bijna uitsluitend van noord naar zuid zijn gegaan, en niet omgekeerd. Een bijna ononderbroken reeks invasies – militair, politiek en economisch – van noord naar zuid heeft bijgedragen tot de armoede, het geweld en de onveiligheid die mensen ertoe brengen van zuid naar noord te migreren. De huidige humanitaire crisis aan de grens, met recordaantallen niet-begeleide minderjarigen die wanhopig op de vlucht zijn voor geweld, onveiligheid en armoede, laat de gevolgen zien van een interventionistisch beleid dat nog ouder is dan de oorlog tussen de VS en Mexico.

Om eerlijk te zijn is ‘interventionisme’ een al te vaak gebruikt eufemisme voor imperialistische invasies. De eerste invasie vond plaats in 1806 toen Amerikaanse strijdkrachten Mexicaans grondgebied binnendrongen (toen nog onder controle van Spanje) en een militaire basis vestigden in het huidige Colorado. In totaal, inclusief de oorlog van 1846-1848 die resulteerde in de inbeslagname van bijna de helft van Mexico door de Amerikaanse regering, is het Amerikaanse leger Mexico minstens tien keer binnengevallen.[1] In heel Latijns-Amerika zijn Amerikaanse troepen meer dan 70 keer zuiderburen binnengevallen, waarbij bezettingslegers voor maanden, jaren en in sommige gevallen decennia werden achtergelaten.[2]

Vandaag erkent het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken dat Amerikaanse troepen de oorlog met Mexico hebben ontketend.[3] Begin 1846 zette president James Polk troepen in op betwist gebied langs de Rio Grande-rivier. “Wij hebben geen enkel recht om hier te zijn,” schreef de Amerikaanse kolonel Ethan Allen Hitchcock vanuit de buurt van de rivier. “Het lijkt erop dat de regering een kleine troepenmacht heeft gestuurd met het doel een oorlog te ontketenen, om zo een voorwendsel te hebben om Californië in te nemen en zoveel van dit land als het wil.”[4] Nadat er gevechten waren uitgebroken gebruikte Polk de bewering, waarvan hij wist dat het vals was, dat Mexico “ons grondgebied was binnengevallen en Amerikaans bloed had vergoten op Amerikaans grondgebied” om een oorlogsverklaring van het Congres te verkrijgen.[5]

Toen de oorlog eenmaal begonnen was, zetten veel Amerikaanse soldaten vraagtekens bij de invasie van een buurland dat geen bedreiging vormde voor de Verenigde Staten. Boze vrijwillige troepen uit Virginia, Mississippi, en North Carolina sloegen aan het muiten. Duizenden soldaten deserteerden. Enkele honderden Iers-Amerikaanse soldaten wisselden van zijde en vochten voor het katholieke Mexico in het San Patricio Bataljon. Het aantal slachtoffers was ongewoon hoog voor de Amerikaanse strijdkrachten. Ze waren nog hoger voor de Mexicanen, met inbegrip van de burgers die het slachtoffer waren van de Amerikaanse bombardementen en wreedheden in oorlogstijd. Bevelvoerende generaals pleegden “extravagant geweld” tegen Mexicanen, volgens het patroon van de verschroeide aarde-achtige oorlogsvoering tegen inheemse Amerikaanse burgers.[6] “Moord, beroving en verkrachting van moeders en dochters, in aanwezigheid van de vastgebonden mannen van de families, zijn gebruikelijk geweest langs de hele Rio Grande,” rapporteerde V.S. Generaal Winifred Scott in 1847.[7] . Een jonge soldaat in die tijd, de toekomstige generaal en president Ulysses Grant, zei: “Ik denk niet dat er ooit een goddelozer oorlog is gevoerd dan die van de Verenigde Staten tegen Mexico.”[8]

Toen Amerikaanse en Mexicaanse ambtenaren in 1848 een verdrag ondertekenden om de oorlog te beëindigen, nam de Amerikaanse regering bijna de helft van Mexico’s vooroorlogse grondgebied in. Dit omvatte ongeveer 525.000 vierkante mijl die vandaag de Amerikaanse staten Arizona, Utah, Nevada en Californië zijn, en delen van New Mexico, Colorado en Wyoming. President James Polk wilde nog meer grondgebied: hij had plannen om het schiereiland Yucatán binnen te vallen (en hoopte ook Cuba van Spanje te kunnen kopen).[9] Sommige expansionistische Democraten in Polk’s partij drongen aan op annexatie van geheel Mexico. Zij behoorden tot een groep zuiderlingen die ervan droomden het groeiende Noord-Amerikaanse rijk van de Verenigde Staten uit te breiden naar het Caribisch gebied, Midden-Amerika en Mexico, gebaseerd op slavenarbeid en nieuwe gebieden waar slaven werden gehouden. Sommigen leidden “filibustering” campagnes – particuliere militaire invasies – in de jaren 1850 in Mexico en Centraal Amerika, hoewel ze allemaal faalden.[10]

Van Mexico naar Nicaragua naar Panama en verder

De meest beruchte van de filibusters was William Walker. Walker leidde een privé-leger, voornamelijk bestaande uit zuiderlingen, in een invasie in 1853 van Mexico’s Baja schiereiland. Hij riep zichzelf uit tot president van wat hij de Republiek Sonora noemde. Nadat de Mexicanen hem hadden gedwongen zich terug te trekken naar Californië, leidde Walker tussen 1855 en 1860 ten minste zes afzonderlijke veldtochten naar Nicaragua. Gedurende een korte periode riep hij zichzelf uit tot president van Nicaragua, kreeg erkenning van de Amerikaanse president Franklin Pierce, verklaarde Engels tot nationale taal, legaliseerde slavernij, viel Costa Rica binnen en kondigde aan dat hij van plan was heel Centraal-Amerika over te nemen. Tot tweemaal toe werd hij door de Amerikaanse marine gevangen genomen en teruggestuurd naar de Verenigde Staten; in 1859 gaf de regering van president James Buchanan opdracht hem vrij te laten. Walker belandde al snel in Honduras tijdens een nieuwe poging Nicaragua over te nemen. Ditmaal namen de Hondurezen Walker gevangen, berechtten hem en executeerden hem met een vuurpeloton.[11]

Hoewel Amerikaanse regeringsfunctionarissen zich over het algemeen verzetten tegen particuliere invasies zoals die van Walker, viel het Amerikaanse leger gedurende de tweede helft van de negentiende eeuw delen van Latijns-Amerika en het Caribisch gebied binnen. Amerikaanse troepen vielen Nicaragua binnen in 1853, 1854, 1867, 1894, 1896, 1898, en 1899; Panama in 1856, 1860, 1865, 1873, 1885, en 1895; en Haïti in 1891 (met een nieuwe invasie werd gedreigd in 1888).[12] In 1903 hielpen Amerikaanse ambtenaren en oorlogsschepen van de marine Panamese separatisten de onafhankelijkheid van (groot)Colombia uit te roepen om plannen voor de aanleg van een kanaal door het nieuwe land vooruit te helpen. Panama werd al snel een Amerikaanse “kolonie in alles behalve naam”[13]. De Panama Kanaal Zone was een Amerikaanse kolonie, niet minder dan dat, tot zijn terugkeer in 1999. Tussen 1856 en de Amerikaanse oorlog in Panama in 1989 viel het Amerikaanse leger Panama in totaal 24 keer binnen.[14] De militaire bases van de VS in de Panamakanaalzone dienden als lanceerplatform voor nog meer invasies elders in Latijns-Amerika.

Nieuwe Amerikaanse koloniën in Cuba en Puerto Rico

Tijdens de Amerikaanse oorlog met Spanje in 1898 veroverden Amerikaanse troepen Cuba en Puerto Rico, en ook de Filippijnen. Amerikaanse ambtenaren maakten van Puerto Rico een kolonie en verleenden Cuba officieel zijn onafhankelijkheid. In de praktijk werd Cuba een quasi-kolonie. Meer nog dan de Panamakanaalzone is Guantanamo Bay een Amerikaanse kolonie geworden, gecamoufleerd door een door de VS opgelegd “huurcontract” dat geen einddatum heeft en alleen kan worden beëindigd met instemming van beide regeringen. Deze regeling komt neer op een uitzettingsbestendige huurovereenkomst.

In 1901 namen Amerikaanse ambtenaren ook een amendement op in de nieuwe Cubaanse grondwet waardoor Amerikaanse troepen naar believen konden binnenvallen. Dat deden ze al snel. Een “Cubaans Pacificatie Leger” bezette het eiland gedurende bijna drie jaar in 1906-1909. Amerikaanse troepen bezetten het land opnieuw in 1912 en gedurende vijf jaar in 1917-1922.

Elders in Latijns-Amerika bezette het Amerikaanse leger de Dominicaanse Republiek in 1903-1904 en 1914, en gedurende negen jaar in 1915-1924. Het naburige Haïti werd opnieuw bezet in 1914 en gedurende bijna 20 jaar in 1915-1934. In Centraal-Amerikaanse Honduras onderging acht invasies en bezettingen in 1903, 1907, 1911, 1912, 1919, 1920, 1924, en 1925. Het Amerikaanse leger bezette Nicaragua gedurende twee jaar in 1909-1910 en gedurende ongeveer drie decennia in 1912-1933. Amerikaanse troepen vielen Guatemala binnen in 1920. Marineschepen dreigden met het gebruik van geweld in de wateren van Costa Rica en Panama in 1921 en El Salvador in 1932.[15] Amerikaanse oorlogsschepen zijn tussen het midden van de negentiende eeuw en 1930 zo’n 6000 keer Latijns-Amerikaanse havens binnengevaren, in klassieke “kanonneerboot diplomatie” stijl – met andere woorden, politiek-economische intimidatie door het tentoonspreiden van militair geweld.[16]

Heimelijke Invasies

President Franklin Roosevelt’s “Goede Buren” politiek van de jaren 1930 bracht een korte pauze in de invasies en bezettingen. Na de Tweede Wereldoorlog werden de openlijke oorlogen en bezettingen echter grotendeels vervangen door nieuwe, steeds heimelijker invasies van de VS. Deze invasies omvatten door de CIA gesteunde staatsgrepen in Guatemala, de Dominicaanse Republiek en Chili; wapens, training en logistieke steun voor rechtse troepen in de gruwelijke burgeroorlogen van Midden-Amerika in de jaren tachtig; militaire inzet in de stijl van het Plan Colombia in het kader van de “oorlog tegen drugs”; en een groeiend aantal militaire bases van de VS in de regio. De steun van de VS aan recente staatsgrepen en couppogingen in Honduras, Bolivia en Venezuela illustreert de hardnekkigheid van dergelijke strategieën.

De invasies van het leger en de CIA van de VS in Latijns-Amerika zijn altijd gepaard gegaan met economische en bedrijfs-invasies door de VS, zoals Mexico laat zien. Na het einde van de oorlog die in april 1846 begon, werd Mexico net zo economische afhankelijk van de Verenigde Staten als het van zijn Spaanse kolonisator was geweest: de mijnen werden gecontroleerd door Amerikaanse bedrijven; de spoorwegen werden ontworpen om de rijkdom van de mijnen van het zuiden naar het noorden te verschepen; de olie-industrie werd gedomineerd door Rockefeller, Mellon en andere oliegiganten; de peso werd gekoppeld aan de dollar; Mexico had een grote schuld bij de Amerikaanse banken.[17] Hoewel Mexico nu meer macht heeft ten opzichte van zijn noorderbuur dan in het begin van de twintigste eeuw, is het patroon van de noordelijke dominantie grotendeels blijven bestaan.

Een groot deel van Centraal-Amerika en sommige andere delen van Latijns-Amerika zijn veel meer gedomineerd gebleven door de Verenigde Staten dan door Mexico. Er is een reden waarom Honduras model stond voor schrijver O. Henry toen hij de term “bananenrepubliek” bedacht: Honduras stond onder de bijna volledige controle van de bananenbedrijven van de VS en hun politiek-militaire spierbundel, de regering van de VS. Misschien in verwarring gebracht door het gelijknamige kledingmerk, vergeten velen de oorspronkelijke betekenis van de term “bananenrepubliek”: een zwak, verarmd, marginaal onafhankelijk land dat geconfronteerd wordt met een overweldigende buitenlandse economische en politieke overheersing. Met andere woorden, een de facto kolonie – dat is wat Honduras en sommige andere Latijns-Amerikaanse landen in de twintigste eeuw werden; in sommige gevallen zijn ze dat nu nog steeds.

De Amerikaanse regering en Amerikaanse bedrijven zijn niet als enige verantwoordelijk voor het geweld, de armoede en de onveiligheid die aan de basis liggen van de huidige migratie van Latijns-Amerika naar de Verenigde Staten. Andere regerings- en bedrijfsactoren binnen en buiten de regio dragen ook verantwoordelijkheid. Hiertoe behoren corrupte nationale leiders, Europese regeringen en Europese, Canadese en Aziatische ondernemingen die Latijns-Amerika door de geschiedenis heen hebben vormgegeven.

175 jaar nadat een Amerikaanse president een oorlog met Mexico ontketende die resulteerde in de inbeslagneming van Californië en andere gebieden die belangrijke bronnen van Amerikaanse rijkdom zijn geweest, zouden de huidige Amerikaanse president en anderen in de Verenigde Staten de onevenredige rol moeten erkennen die Amerikaanse leiders hebben gespeeld bij de invasie en plundering in het zuiden, alsmede de rol die deze invasies en plunderingen hebben gespeeld bij het aanzetten tot massale migratie noordwaarts.

Naast het erkennen van de schuld van de VS, heeft President Biden ook een historische kans om een deel van de schade die ons land heeft aangericht te herstellen en te stoppen met nog meer schade aan te richten. Dit betekent het opgeven van de immorele en grotendeels ineffectieve strategie van president Trump en zijn twee presidentiële voorgangers om immigratiecontrole uit te besteden aan de militaire en politiemachten van zuiderburen.[18] Het betekent het toelaten van tienduizenden Latijns-Amerikaanse asielzoekers per jaar als een begin van het afbetalen van een lang gekoesterde “imperiale schuld. “19] Als Biden serieus is over het aanpakken van de “onderliggende oorzaken” van migratie, moeten hij en vice-president Kamala Harris verder gaan dan zielige kleine verhogingen van humanitaire hulp aan Midden-Amerika[20] om een einde te maken aan meer dan 200 jaar van militaire, politieke en economische invasies die aan de basis liggen van die onderliggende oorzaken.

David Vine is hoogleraar politieke antropologie aan de American University in Washington, DC. Dit artikel is een bewerking van professor Vine’s nieuwe boek The United States of War: A Global History of America’s Endless Conflicts, from Columbus to the Islamic State (University of California Press).

David Vine is ook de auteur van Island of Shame: The Secret History of the U.S. Military Base on Diego Garcia (Princeton University Press, 2009) en Base Nation: How U.S. Military Bases Abroad Harm America and the World (Metropolitan/Henry Holt, 2015).
Zie davidvine.net en basenation.us voor meer informatie.


VOETNOTEN:

[1] “Instances of Use of United States Armed Forces Abroad, 1798-2020,” https://fas.org/sgp/crs/natsec/R42738.pdf.

[2]  “Instances of Use of United States Armed Forces Abroad, 1798-2020,” https://fas.org/sgp/crs/natsec/R42738.pdf; The United States of War: A Global History of America’s Endless Conflicts, from Columbus to the Islamic State, https://www.ucpress.edu/book/9780520300873/the-united-states-of-war.

[3] “Milestones: 1830-1860,” http://history.state.gov/milestones/1830-1860/TexasAnnexation.

[4] Fifty Years in Camp and Field: Diary of Major-General Ethan Allen Hitchcock, U.S.A., https://www.google.com/books/edition/Fifty_Years_in_Camp_and_Field/VhJ-4yKyrhoC?hl=en.

[5] A Nation Without Borders: The United States and Its World in an Age of Civil Wars, 1830-1910, https://www.penguinrandomhouse.com/books/529359/a-nation-without-borders-by-steven-hahn/.

[6] “The Occupation of Mexico: May 1846-July 1848,” https://history.army.mil/html/books/073/73-3/index.html.

[7] “The April Invasion of Veracruz,” https://www.nytimes.com/2014/04/21/opinion/krauze-the-april-invasion-of-veracruz.html.

[8] A Wicked War: Polk, Clay, Lincoln, and the 1946 U.S. Invasion of Mexico, https://www.penguinrandomhouse.com/books/200246/a-wicked-war-by-amy-s-greenberg/.

[9] What Hath God Wrought: The Transformation of America, 1815-1848, https://www.google.com/books/edition/What_Hath_God_Wrought/TTzRCwAAQBAJ?hl=en&gbpv=0.

[10] E.g., Building the Continental Empire: American Expansion from the Revolution to the Civil War, https://rowman.com/ISBN/9781566631365/Building-the-Continental-Empire-American-Expansion-from-the-Revolution-to-the-Civil-War; “From Old Empire to New,” https://uwpress.wisc.edu/books/4453.htm.

[11] William Walker’s Wars: How One Man’s Private American Army Tried to Conquer Mexico, Nicaragua, and Honduras, https://www.chicagoreviewpress.com/william-walker-s-wars-products-9781613737293.php; Empire in Retreat: The Past, Present, and Future of the United States, https://yalebooks.yale.edu/book/9780300210002/empire-retreat; “William Walker: King of the 19th Century Filibusters,” https://www.historynet.com/william-walker-king-of-the-19th-century-filibusters.htm.

[12] Building the Continental Empire: American Expansion from the Revolution to the Civil War, https://rowman.com/ISBN/9781566631365/Building-the-Continental-Empire-American-Expansion-from-the-Revolution-to-the-Civil-War; Historical Atlas of Central America, https://www.oupress.com/books/9780699/historical-atlas-of-central-america.

[13] America’s Overseas Garrisons: The Leasehold Empire, https://oxford.universitypressscholarship.com/view/10.1093/acprof:oso/9780198296874.001.0001/acprof-9780198296874.

[14] Historical Atlas of Central America, https://www.oupress.com/books/9780699/historical-atlas-of-central-america; Emperors in the Jungle: The Hidden History of the U.S. in Panama, https://www.dukeupress.edu/emperors-in-the-jungle.

[15] Emperors in the Jungle: The Hidden History of the U.S. in Panama, https://www.dukeupress.edu/emperors-in-the-jungle; Historical Atlas of Central America, https://www.oupress.com/books/9780699/historical-atlas-of-central-america; The Martinez Era: Salvadoran-American Relations, 1931-1944, https://digitalcommons.lsu.edu/gradschool_disstheses/3002/.

[16] Empire’s Workshop: Latin America, the United States, and the Rise of the New Imperialism, https://us.macmillan.com/books/9780805083231.

[17] “From Old Empire to New,” https://uwpress.wisc.edu/books/4453.htm.

[18] “Biden’s Plan for Central America Is a Smokescreen,” https://www.thenation.com/article/world/biden-central-america-immigration/.

[19] “Migrations as Reparations,” https://nacla.org/blog/2016/05/24/migration-reparations.

[20] “The Biden Plan to Build Security and Prosperity in Partnership with the People of Central America,” https://joebiden.com/centralamerica/


Verwante artikelen in dit archief: