Bron: Martín Pastor, analyse
Telesur 4 April 2019 ~~~ 

De invloed van de CIA in Latijns-Amerika is geen “links kolderverhaal”, maar is altijd aanwezig en het negeren ervan vormt een echte bedreiging voor de nationale soevereiniteit en de continuïteit van de progressieve regeringen in de regio. In 2018 heeft de National Endowment for Democracy (NED), een van haar front-organisaties, meer dan 23 miljoen dollar doorgesluist voor bemoeienissen met de interne aangelegenheden van de belangrijkste Latijns-Amerikaanse landen, onder het vlaggenschip van “mensenrechten”, “democratie” en “ondernemerschap”.

gerelateerd: De CIA’s visie op Venezuela: Wat we leren van archieven.

Een reis door bekende feiten van de geschiedenis van de NED

Na de Tweede Wereldoorlog namen de Verenigde Staten de zelfverklaarde rol op zich om het communisme te bestrijden in een nieuw ontstane bipolaire wereld. In 1947 werd het Bureau voor Strategische Diensten van de oorlogstijd omgevormd tot de Centrale Inlichtingendienst (CIA), en gaat de geschiedenis in met een interventionistisch beleid dat volledig van kracht werd, met name in Latijns-Amerika.

Geheime operaties, het verdringen van democratisch gekozen regeringen, het aanzetten tot opstanden en het ondersteunen van transnationale bedrijven waren de motieven voor de acties van de mollen, allemaal gerechtvaardigd als onderdeel van de strijd tegen de communistische invloed in de regio. Dit werd nog versterkt toen de Cubaanse Revolutie in 1959 de wereld op zijn grondvesten deed schudden en nieuwe revoluties in het zuiden van de wereld inspireerde.

Toen aan het eind van de jaren zestig publiekelijk werd onthuld dat sommige Amerikaanse particuliere vrijwilligersorganisaties (PVO) heimelijke financiering ontvingen van de CIA om in het buitenland in te grijpen, concludeerde de regering van Lyndon B. Johnson dat deze financiering moest worden stopgezet, met het advies om “een publiek-privaat mechanisme” in het leven te roepen om de activiteiten in het buitenland openlijk te financieren.

Congreslid Dante Fascell (D, FL), een latere medeoprichter van NED, introduceerde in april 1967 een wetsvoorstel om het Institute of International Affairs op te richten, een initiatief dat openlijke financiering zou toestaan voor wat de V.S. “democratie” noemden, maar het ging niet door. De jaren zeventig van de vorige eeuw zouden echter een verandering teweegbrengen binnen de CIA, en vervolgens in de wereld.

In 1974 publiceerde de voormalige CIA-specialist en klokkenluider Victor Marchetti een boek waarin allerlei geheimen en clandestiene operaties van het agentschap werden onthuld. In datzelfde jaar maakte de journalist van de New York Times, Seymour Hersh, melding van een reeks verhalen over massale interne spionage door de CIA. En een jaar later zou voormalig agent Phillip Agee, met een boek over de interventies en beinvloeding van de Latijns-Amerikaanse door de CIA, de controverse nog verder opvoeren.

De publieke verontwaardiging resulteerde in de Rockefeller Commissie, het “Pike Report” en de Kerkelijke Commissie, die allemaal het werk van de CIA onderzochten. “We hadden dit soort werk niet heimelijk moeten doen,” zei de huidige NED-voorzitter Carl Gershman in 1986, en voegde eraan toe dat “het vreselijk zou zijn voor democratische groepen over de hele wereld om te worden gezien als gesubsidieerd door de CIA. We zagen dat in de jaren ’60, en is daarom onderbroken. We hadden niet de mogelijkheid om dit te doen, en dat is de reden waarom de Endowmend (NED) werd gecreëerd.”

Het agentschap moest hervormen om zijn interventionistische agenda voort te zetten. Dus in 1982 kondigde president Ronald Reagan in een belangrijke toespraak over het buitenlands beleid in Westminster Palace voor het Britse parlement de oprichting aan van een Amerikaanse organisatie die de liberale ideologie, de markteconomie (neoliberalisme) en de Amerikaanse “democratie” zou bevorderen.

Met geld van het Agency of International Development (USAID), adviseerde een overheidsprogramma de oprichting van een tweepartijdige, non-profit organisatie die bekend staat als de National Endowment for Democracy (NED). In 1983 werd de nieuwe organisatie opgericht, en de CIA had een nieuwe manier om fondsen door te sluizen naar landen die het niet eens waren met het beleid van de VS.

“Veel van wat we vandaag doen werd 25 jaar geleden heimelijk gedaan door de CIA,” zei NED-medestichter Allen Weinstein in 1991.

Infogram

Aangezien de ideologieën van de grote partij in de jaren tachtig minder aantrekkelijk waren, zou de val van het Sovjetblok de perfecte gelegenheid en voorwaarden voor het werk van de NED markeren. De ‘Civil Society’ (maatschappelijke middenveld) werd een nieuwe politieke actor, via niet-gouvernementele organisaties (NGO’s), en net als in oorlogstijd zouden dit “trojan horsen” (als paard van troye) worden voor de CIA, en haar geld accepteerden om politieke partijen, vakbonden, dissidente bewegingen en de media in tientallen landen te beïnvloeden.

Om dit te doen herbergt de NED vier organisaties die het werk uitvoeren. De eerste is het Amerikaanse arbeidsgerelateerde Amerikaanse Center for International Labor Solidarity (ACILS), nu Solidarity Center, dat belast is met het infiltreren en beïnvloeden van de vakbonden van arbeiders. De tweede, gesteund door de Amerikaanse Kamer van Koophandel, is het Center for International Private Enterprise (CIPE), dat de macht heeft over het bedrijfsleven en de industriële machthebbers.

Tot slot, maar niet in de laatste plaats, het Nationaal Democratisch Instituut voor Internationale Zaken (NDI) van de Democratische Partij en het Internationaal Republikeins Instituut van de Republikeinse Partij (IRI), die beide verantwoordelijk zijn voor de samenwerking met respectievelijk de linkse en rechtse lokale partijen en bewegingen. Allemaal krijgen ze hun financiering uit dezelfde portemonnee.

Beruchte figuren als Henry Kissinger, Zbigniew Brzezinski, Paul Wolfowitz, Madeline Albright, zijn onder andere bestuurslid geweest; en zelfs de op dit moment belangrijkste stem van de regimechange in Venezuela, Elliot Abrams, staat op de lijst van “met verlof”-bestuurders.

Er zijn talloze strategieën die de NED gebruikt om zich te bemoeien met landen: het leveren van fondsen, technische kennis, training, educatief materiaal, geschenken, conferenties, toezicht houden op reizen, regeringszaken, noem maar op. Deze worden rechtstreeks door de NED of door derden gekanaliseerd naar geselecteerde politieke groeperingen, NGO’s, vakbonden, dissidente bewegingen, studentengroepen, uitgevers, en wat zij noemen “onafhankelijke” media.

Deze programma’s hebben tot doel om direct invloed uit te oefenen in een land door het doorvoeren van een bepaalde economische/politieke agenda, door in te grijpen in verkiezingsprocessen en in de massamedia. Of indirect door het maatschappelijk middenveld te laten geloven dat vrijemarktideologie en neoliberaal jargon de weg naar democratie en mensenrechten is.

En dat hebben ze de afgelopen 36 jaar gedaan. Het subsidie rapport 2018 van de NED is dan ook geen verrassing maar een kans om te zien wie wie is in de “mooie lijst” van de CIA.

Leopoldo Lopez’ vrouw Lilian Tintori ontvangt een prijs van NED, op de foto ook congreslid Eliot Engel (D), voorzitter van de Kamercommissie voor wetgeving en toezicht op het buitenlands beleid.

Venezuela

In 2018 was 2,4 miljoen dollar bestemd voor Venezuela. Het is echter het enige land in de regio waar de ontvangers niet worden gepubliceerd. De programma’s worden beschreven onder burgereducatie, observatories voor mensenrechten en vage liberale trefwoorden als empowerment, vrijheid, democratie en democratische waarden.

Toch schreven de journalisten Max Blumenthal en Dan Cohen in januari 2019 een uitgebreid onderzoeksrapport, dat uitlegt hoe oppositieraadslid Juan Guaido, die zich met steun van de VS en zijn bondgenoten tot interim-president in Venezuela heeft verklaard, een product is van de financiering door de NED.

Op 5 oktober 2005 kwamen vijf Venezolaanse “studentenleiders” in Servië aan om te beginnen met de opleiding voor een opstand, met dank aan het door de NED gefinancierde Centrum voor Toegepaste Non-Violent (geweldloze) Actie en Strategieën (Canvas). Volgens gelekte interne e-mails van de inlichtingendienst Stratfor, heeft Canvas ,,waarschijnlijk financiering en opleiding van de CIA tijdens de 1999/2000 anti-Milosevic strijd ontvangen”.

Het was twee jaar later, in 2007, toen Guaido afstudeerde aan de universiteit, dat hij naar Washington, DC verhuisde om zich in te schrijven in het Governance and Political Management Program van de George Washington University, onder de voogdij van de neoliberale Venezolaanse econoom Luis Enrique Berrizbeitia. Samen met anderen, zoals Yon Goicoechea en David Smolansky, werd de “Generation 2007” klas opgericht.

De financiering begon te stromen.

In een rapport van de Spaanse denktank Fride Institute uit 2010, met financiering van de Wereldbeweging voor Democratie (een NED-project), werd onthuld dat de Venezolaanse oppositie jaarlijks maar liefst 40 tot 50 miljoen dollar aan financiering ontving, wat aantoont dat de NED-financiering slechts één van de strategieën is om clandestiene operaties te financieren.

Tegen 2014 zouden dezelfde ,,studentenleiders” de guarimbas (een studenten-geleide anti-regeringsbeweging) creëren die van geweld is beschuldigd, om chaos te verergeren en een paar jaar later zou Guaido de recentste pion in de interventionistische actie van de V.S. in Venezuela worden.

De Cubaanse Democratische Directeur Orlando Gutierrez-Boronat met de uiterst rechtse Braziliaanse president Jair Bolsonaro en zijn zoon. Foto: Cubaanse Democratische Directoraat.

Cuba

Het uitgangspunt is zeer vergelijkbaar in Cuba. In 2018 werd 4,7 miljoen dollar gesluisd naar anti-Cubaanse bewegingen en NGO’s.

Op dat eiland zijn er voornamelijk NGO’s, gevestigd in de VS onder de 501 (c)(3) non-profit organisatie statuut, die hun plan strategisch hebben bedacht om de lokale media, internationale beeldvorming, en vakbonden te beïnvloeden.

Met betrekking tot de vakbondsinfiltratie is ‘the International Group for Corporate Social Resposability’ (de Internationale Groep voor Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen) in Cuba toegewijd aan het bevorderen van vrijehandel vakbondswerk in een poging om de Arbeidersbond van Cuba (CTC) te ondermijnen. En zoals overal in Latijns-Amerika staan media op hun loonlijst; voor dit land worden CubaNET, Diario de Cuba, HyperMedia, Cartel Urbano, die zich allemaal presenteren als “onafhankelijke” mediacentra, gefinancierd door de Amerikaanse regering.

Er zijn ook instituten en denktanks zoals de Foundation for Human Rights in Cuba, de Latijns-Amerikaanse Culturele Unie (LACU), Center for a Free Cuba, Cuban Institue for Freedom of the Press and Expression, Observatorio Cubano de Derechos Humanos, Free Society Project, Inc. en het Cuban Democratic Directorate.

Deze laatste beschrijft zichzelf als een NGO die “de mensenrechtenbeweging in Cuba steunt”, maar toont op de homepage van hun website met trots een foto van hun directeur Orlando Gutierrez-Boronat met de uiterst rechtse Braziliaanse president Jair Bolsonaro en zijn zoon.

Een andere benadering is het financieren van organisaties om de internationale beeldvorming te beïnvloeden. In deze categorie valt het international Press an Society Institut op, Slovakian People in Peril Association, Chilean Public Space Center, International Institute for War and Peace Reporting, Christian Solidarity International, Mexican Factual Innovation and Investigation, Colombian ProBono Foundation, Uruguayan Development and Communication Institute, De Colombiaanse Sergio Arboleda Universiteit, het Ibero-Amerikaanse Centrum voor Constitutionele Studies, de Mexicaanse jongerenvereniging voor de Verenigde Naties en het Peruaanse Vrijheidsinstituut, dat openlijk zijn liberaal-economische en -politieke voorkeur uitspreekt, verzamelt jonge middenklassers uit Peru en Latijns-Amerika om hen te indoctrineren in een programma dat “Vrije Burgeracademie” wordt genoemd, om later naar het eiland te worden gestuurd.

Nicaraguaanse protesten en Venezolaanse guarimbas lijken dezelfde kenmerken en richtlijnen te hebben. Foto’s: EFE

Nicaragua

De lijst kan niet volledig zijn zonder het derde officiële lid van wat de Nationale Veiligheidsadviseur, John Bolton, de “Trojka van de Tirannie” noemde, om interventies zoals in Venezuela en Cuba te rechtvaardigen. In 2018 kreeg Nicaragua 1,3 miljoen dollar. Voor dit land moest Washington echter één voor één de financiering op zich nemen, in de opbouw van een netwerk om president Daniel Ortega omver te werpen.

Een van de grootste ontvangers is de Iberisch-Amerikaanse Foundation of Cultures (Fibras), die in 2000 werd opgericht en sinds 2006, volgens hun website, “democratische cultuur” ondersteunt. De stichting heeft geld ontvangen van NED, IRI, NDI en USAID; geld dat zij gebruiken om de oppositiebeweging voor Nicaragua (MpN) te sponsoren. De Iberisch-Amerikaanse Foundation of Cultures is gevestigd in Spanje, maar heeft vestigingen in heel Latijns-Amerika.

Sinds het begin van de regering van Ortega in 2007 heeft de MpN een groot aantal protesten tegen de regering georganiseerd. Vanaf 2018 zijn ze de belangrijkste actoren geworden in de nationale demonstraties tegen Ortega’s regering die het land op zijn grondvesten hebben doen schudden, samen met anderen zoals Let’s Do Democracy en het International Institute of Strategic Studies and Public Policies (IEEPP).

In december 2018, in een strafrechtelijk proces tegen Cristian Mendoza, alias Viper, beschuldigd van het organiseren van gewelddadige acties binnen de protesten, verklaarde de verdachte dat de huidige directeur van de IEEPP, Felix Maradiaga, en de directeur van Let’s Do Democracy, Luciano Garcia, de belangrijkste leiders waren van de criminele groepen, waarbij Viper betrokken was, die met geweld de Polytechnische Universiteit van Nicaragua overnam in april, mei en juni van dat jaar.

De verdachte voegde eraan toe dat de twee vermeende schuldigen pamfletten uitdeelden met de titel “Strategie om de democratie in Nicaragua te redden”, die richtlijnen bevatten voor het creëren van situaties van instabiliteit om de regering omver te werpen.

Deze nationale protesten waren aanvankelijk gericht tegen de hervormingplannen van de regering voor de sociale zekerheid – die later werden ingetrokken – die tot doel hadden de financiële lasten tussen bedrijven en werknemers te verdelen en zo de privatisering van de dienst te vermijden. Vanaf het begin was de particuliere sector daar niet blij mee.

De Hogere Raad voor het Particulier Ondernemen (Cosep) verwierp de maatregelen met het argument dat ze “onzekerheid veroorzaakten en het scheppen van banen door de particuliere sector beperkten”. Wat de financiering door de NED betreft, had het Center for International Private Enterprise (CIPE) het grootste bedrag voor Nicaragua, namelijk 230.000 dollar.

De ontevredenheid van de particuliere sector werd overgenomen door NGO’s zoals MpN, IEEPP en Let’s Do Democracy. De protesten hebben vergelijkbare kenmerken als de guarimbas in Venezuela, waaronder extreem geweld, zelfgemaakte wapens, nepnieuwsstrategie van de sociale media, systematische vernieling van openbare en particuliere eigendommen, en de inzet van lokale beroemdheden; acties die door de regering en hun aanhangers zijn beschreven als een zachte couppoging.

Een andere ontvanger van NED-fondsen is de Permanent Commission of Human Rights of Nicaragua (CPDH), opgericht in 1977, en onderdeel van een drieeenheid van “mensenrechten”-organisaties die onder auspiciën van de VS zijn opgericht. De andere twee, de Nicaraguan Association for Human Rights (ANPDH) uit 1986 en het Nicaraguan Center for Human Rights (CENIDH) – gekoppeld aan de daaruit ontstane Sandinista Renewal Movement – zijn allemaal direct verbonden met de oppositionele extreemrechtse bisschop Juan Abelardo Mata.

In de categorie van de alomtegenwoordige media, ontving het privébedrijf Invermedia financiële steun. Dit bedrijf behoort tot de oppositiejournalist Carlos Fernando Chamorro Barrios, zoon van oud-president Violeta Barrios de Chamorro. Toen Chamorro tot president werd gekozen, verwijderde George H.W. Bush het handelsembargo dat Ronald Reagan tijdens het Sandinistische bewind had opgelegd en beloofde hij economische hulp aan het land.

“Het einde van een tijdperk? Bolivia’s Evo Morales and the Alternation of Power”
was een forum georganiseerd door NED in 2017. Foto: NED YouTube

Bolivia (*)

Nu de presidentsverkiezingen dichterbij komen, 20 oktober, kan het Andesland niet buiten de lijst worden gehouden. In 2018, ontving het US$908.832. Ongeveer 47 procent van dit bedrag werd, zonder vermelde ontvanger, gebruikt door het Republican Party International Republican Institute – dat belast is met de financiering van rechtse partijen – en het Center for International Private Enterprise – dat belast is met de financiering van de kamer van koophandel en productie van de particuliere sector.

De rest van de subsidies is verdeeld in drie categorieën: NGO’s die zich met het rechtssysteem, de media en de adviesbureaus bezig houden. In de eerste categorie zijn de NGO’s MicroJustice Bolivia, Build Foundation, Observatory for Human Rights and Justice en Building Networks Bolivia te vinden.

Lokale media zijn zoals gebruikelijk een veel voorkomende verschijningsvorm. Het gaat hier echter niet om zelfbenoemde “onafhankelijke” mediacentra, maar om het Fides News Agency, het oudste persbureau van Bolivia, en ook om de Foundation for Journalism. Tot slot is het uitgesproken Kritische adviesbureau tegen de administratie van Morales, de Millenium Foundation, een van de begunstigden.

Dit soort organisaties denktanks en mediakanalen in de officiële lijst van de NED, zijn in alle landen te vinden. In 2016 rapporteerde teleSUR over hoe de CIA in Ecuador opereerde, via de NED en andere organisaties. Nu staan dezelfde ontvangers nog steeds op de lijst; degenen die zich openlijk verzetten tegen de voormalige president Rafael Correa en anderen die zich vermommen als ‘mensenrechten’-NGO’s. Een ander geval is de invloed in het verkiezingsproces in Haïti, die zichtbaar is in de hoeveelheid geld die voor die gebeurtenis in dat land bestemd was. Hetzelfde kan gezegd worden van de rest van de lijst.

Nu zou het een misvatting zijn om ze, in de mentaliteit van het tijdperk van de Koude Oorlog, allemaal ‘agenten’ te noemen. En ook al blijft de CIA mollen en agenten rekruteren, hun tactiek is veranderd omdat het hoofddoel is om invloed uit te oefenen en een ‘gemeenschapplijke visie’ te creëren zonder gezien te worden als interventionisten, of zoals Johann von Goethe uit de XVIII-XIXe eeuw zei: “De beste slaaf is degene die denkt dat hij vrij is.”


(*) NOOT: de Plurinational State of Bolivia is een half jaar na deze rapportage, na een reeks van destabilisatieakties op meerdere fronten en met hulp van internationale organisaties als Organisation of American States (OAS), Amnesty International (AI), en Human Rights Watch (HRW), door een staatsgreep beeindigd. In plaats van de inheemse leider Morales en zijn goed presterende sociale regering, hebben fascisten en militairen er nu de macht,… en maken er een puinhoop van.