Bron: Craig Murray, 
craigmurray.co.uk  12 september 2020 ~~~ 

De grote vraag na de hoorzitting van gisteren was of aanklager James Lewis, Queens Counsil (QC – vgl. Procureur generaal) als een gestoorde woesteling (of verstoorder) bij de verdediging getuigen zou blijven aanklagen, en nog belangrijker, waarom?

Eerdere verslagen van Craig Murray:

Queens Counsils die de regeringen vertegenwoordigen proberen gewoonlijk een kalme controle uit te stralen, en behandelen de argumenten van de verdediging als bijna onder hun aandacht, in ieder geval niet als een denkbare bedreiging van het majestueuze denken van de staat. Lewis leek in plaats daarvan op een uitgehongerde terriër die van een eersteklas worst werd weggehouden door een stalen hek waarvan de vervaardiging en het uiterlijk ver buiten zijn bereik lagen.

Misschien heeft hij kiespijn.

PROFESSOR PAUL ROGERS

De eerste getuige van de verdediging vanochtend was professor Paul Rogers, emeritus hoogleraar Vredesstudies aan de Universiteit van Bradford. Hij heeft 9 boeken geschreven over de War on Terror en was 15 jaar verantwoordelijk voor MOD-contracten voor de opleiding van de strijdkrachten in het recht en de ethiek van het conflict. Rogers verscheen via een videoverbinding vanuit Bradford.

Hier is de volledige getuigenverklaring van Prof. Rogers.

Edward Fitzgerald QC vroeg Prof. Rogers of de standpunten van Julian Assange politiek zijn (dit is inverband met artikel 4 in het UK/US uitleveringsverdrag tegen politieke uitlevering). Prof. Rogers antwoordde dat “Assange zeer duidelijk een persoon is met sterke politieke opvattingen”.

Fitzgerald vroeg vervolgens aan Prof. Rogers om de betekenis van de onthullingen van Chelsea Manning over Afghanistan toe te lichten. Prof. Rogers antwoordde dat er in 2001 in de Verenigde Staten een zeer sterke toewijding was geweest om oorlog te voeren in Afghanistan en Irak. Gemakkelijke initiele militaire overwinningen leidden tot een gevoel dat de natie “weer op het goede spoor was gekomen”. George W Bush’s ‘first State of the Union’ toespraak had de sfeer van een gewonnen wedstrijd. Maar de onthullingen van Wikileaks in de gelekte oorlogslogboeken versterkten de mening van sommige analisten dat dit geen waar beeld was, dat de oorlog in Afghanistan vanaf het begin verkeerd was gegaan. Het was in tegenspraak met de overheidslijn dat Afghanistan een succes was. Evenzo heeft het bewijsmateriaal van Wikileaks, dat in 2011 werd gepubliceerd zeer sterk bevestigd dat de Oorlog van Irak enorm verkeerd was gegaan, toen het officiele verhaal van de V.S. een van succes was geweest.

Wikileaks had bijvoorbeeld met de oorlogslogboeken bewezen dat er minimaal 15.000 meer burgerlijke sterfgevallen waren dan door de Iraq Body Count was berekend. Deze onthullingen van Wikileaks van de mislukkingen van deze oorlogen hadden voor een groot deel bijgedragen tot een veel grotere daaropvolgende terughoudendheid van westelijke bevoegdheden, in een vroeg stadium, om oorlogen te beginnen.

Fitzgerald zei dat paragraaf 8 van het rapport van Rogers voorstelt dat Assange door zijn politieke zienswijze werd gemotiveerd en verwees naar zijn toespraak bij de Verenigde Naties. Was het zijn bedoeling om politieke acties van de VS te beïnvloeden?

Rogers antwoordde ja. Assange had verklaard dat hij niet tegen de VS was en dat er goede mensen in de VS waren die er een andere mening op na hielden. Hij hoopte duidelijk het beleid van de VS te beïnvloeden. Rogers verwees ook naar de verklaring van Mairead Maguire bij de nominatie van Julian voor de Nobelprijs voor de Vrede:

Julian Assange en zijn collega’s in Wikileaks hebben bij talrijke gelegenheden laten zien dat zij een van de laatste uitgevers zijn van de ware democratie met hun inspanningen voor onze vrijheid en meningsuiting. Hun werk voor ware vrede door het openbaar maken van de acties van onze regeringen in binnen- en buitenland heeft ons op de hoogte gebracht van de wreedheden die in naam van de zogenaamde democratie over de hele wereld worden uitgevoerd.

Rogers verklaarde dat Assange een duidelijke en coherente politieke filosofie had. Hij heeft die met name in de campagne van de Wikileaks Partij voor een zetel van de Senaat in Australie uiteengezet. Het was gebaseerd op de rechten van de mens en een geloof in transparantie en de verantwoordingsplicht van organisaties. Het was hoofdzakelijk libertair van aard. Het omarmde niet alleen de transparantie van de overheid, maar ook de transparantie van bedrijven, vakbonden en NGO’s. Het kwam neer op een zeer duidelijke politieke filosofie. Assange nam een duidelijk politiek standpunt in dat niet in overeenstemming is met de conventionele partijpolitiek, maar dat samenhangende overtuigingen bevat die de afgelopen jaren steeds meer steun hebben gekregen.

Fitzgerald vroeg hoe dit zich verhoudt tot de Trump-administratie. Rogers zei dat Trump een bedreiging voor Wikileaks was, omdat er in zijn beleid een positie van extreme vijandigheid aan transparantie en verantwoordingsplicht schuilt. Fitzgerald suggereerde dat de Trump-regering deze vijandigheid aan Assange en de wens om te vervolgen had getoond. Rogers antwoordde dat de vijandigheid in een reeks verklaringen van de hogere leden van de Trumpregering was bewezen. Het werd aangemoedigd door Trump’s karakterisering van elke negatieve informatie als “nepnieuws”.

Fitzgerald vroeg of de motivatie voor de huidige vervolging crimineel of politiek was? Rogers antwoordde “het laatste”. Dit was een onderdeel van het ongewone gedrag van de Trump-regering; zij vervolgt op basis van politieke motieven. Zij zien openheid als een bijzondere bedreiging voor deze regering. Dit had ook te maken met de obsessieve afkeer van Trump jegens zijn voorganger. Zijn administratie zou Assange vervolgen, juist omdat Obama Assange niet vervolgde. De aantredende regering van Trump had zich zeer geërgerd aan de afkoop van het vonnis van Chelsea Manning, een beslissing die zij niet konden herroepen. Daarom kan de vervolging van Assange ook plaatsvervangend wraakzuchtig zijn.

Verschillende hooggeplaatste bestuursleden hadden gepleit voor extreem lange gevangenisstraffen voor Assange en sommigen hadden zelfs de doodstraf voorgesteld, hoewel Rogers zich kon voorstellen dat dat technisch gezien onmogelijk was door dit proces.

Fitzgerald vroeg of de politieke opvattingen van Assange van een type waren dat door het Vluchtelingenverdrag wordt beschermd. Rogers antwoordde ja. Vervolging wegens politieke overtuiging is een goede reden om de vluchtelingenstatus te vragen. Assange’s acties worden gemotiveerd door zijn politieke houding.
Tot slot vroeg Fitzgerald of Rogers politieke betekenis zag in het feit dat Assange niet werd vervolgd onder Obama. Rogers antwoordde ja, dat deed hij. Deze zaak wordt duidelijk beïnvloed door de fundamentele politieke motivatie die van Trump zelf uitgaat.

James Lewis QC stond toen op voor een kruisverhoor voor de aanklager. Zijn eerste vraag was: “Wat is een politieke mening?” Rogers antwoordde dat een politieke mening een bepaald standpunt inneemt over het politieke proces en dat openlijk doet. Het heeft betrekking op het bestuur van gemeenschappen, van naties tot kleinere eenheden.

Lewis suggereerde dat Assange’s standpunten dezelfde zijn als die van bedrijfsbesturen, NGO’s en vakbonden. Ze konden daarom niet worden beschouwd als een “politieke mening”. Rogers antwoordde dat de scoop van het politieke in de laatste vijftig jaar of zo nu veel meer omvat dan het strikte overheidsproces. Assange bespreekt met name de relaties tussen overheid en bedrijven en de invloed van deze laatste op de overheid en de maatschappij als onderdeel van een breder regerend establishment.

Lewis vroeg toen “is een journalist gewoon een persoon die politieke meningen uitspreekt?” Rogers antwoordde niet noodzakelijkerwijs; er kunnen verschillende soorten journalisten zijn. Lewis vroeg toen: “Dus gewoon een journalist of uitgever zijn betekent niet noodzakelijkerwijs dat je politieke meningen hebt, of wel? Rogers antwoordde: “Niet noodzakelijkerwijs, maar meestal.” Lewis suggereerde toen dat de uitdrukking van de redactionele mening in feite een politieke mening van een journalist was. Rogers antwoordde dat dat een manier was, maar er waren andere. De selectie van het te publiceren materiaal kon een politieke mening uitdrukken.

Lewis rammelde vervolgens een reeks vragen af. Is transparantie een politieke mening? Is Assange van mening dat regeringen nooit geheimen mogen hebben? Moet die transparantie het mogelijk maken om individuen in gevaar te brengen? Er waren er meer.

Rogers antwoordde dat deze vragen geen binaire antwoorden toelaten.

Lewis nam Rogers vervolgens mee naar Assange’s toespraak voor de Stop de Oorlogscoalitie, waar hij verklaarde dat de invasie van Polen aan het begin van de Tweede Wereldoorlog het resultaat was van zorgvuldig verzonnen leugens. Was professor Rogers het met die opvatting eens? Welke politieke mening vertegenwoordigde die mening? Rogers antwoordde dat het een sterke politieke mening vertegenwoordigde en een bepaalde opvatting over het ontstaan van de oorlog. Lewis citeerde vervolgens een andere vermeende opmerking van Assange, “Journalisten zijn oorlogsmisdadigers” en vroeg welke politieke mening dat vertegenwoordigde. Rogers antwoordde dat het een vermoeden van bepaalde journalistieke praktijken vertegenwoordigde.

Rogers zei dat hij nooit had gezegd dat hij de standpunten van Assange steunde of zich ermee identificeerde. Hij was het sterk oneens met sommigen. Maar dat het coherente politieke opvattingen waren, daar was geen twijfel over mogelijk.

Lewis las toen een lang citaat van Assange voor dat fervente anti-transparantie-regeringen altijd te maken zullen hebben met meer lekken, gevolgd door meer beperkingen en dat dit een cyclus zou opzetten. Lewis vroeg Rogers welke politieke visie dit zou kunnen betekenen. Rogers antwoordde dat het een interessante analyse was van de werking van zeer autocratische systemen. Hun bezorgdheid over geheimhouding leidt tot meer lekken die hun veiligheid verminderen. Hij wist niet zeker of het expliciet was, maar hij geloofde dat Assange dit misschien als een nieuwe ontwikkeling zag die mogelijk werd gemaakt door het internet. Assange’s stelling was dat autocratische regimes het zaad van hun eigen vernietiging herbergen. Het was niet de traditionele opvatting van politieke wetenschappers, maar het was het overwegen waard.

Lewis gooide het nu over een andere boeg. Hij stelde dat professor Rogers als “getuige-deskundige” verscheen onder een voortdurende verplichting om onbevooroordeeld te zijn. Hij had de plicht om alle bewijsstukken in overweging te nemen. De Amerikaanse assistent-procureur Gordon Kromberg had een beëdigde verklaring afgelegd, waarin hij expliciet ontkende dat er enige politieke motivatie voor de aanklager was, en verklaarde dat deze gebaseerd was op bewijs. Waarom heeft professor Rogers de verklaring van Kromberg niet vermeld in zijn rapport? Een onpartijdige getuige-deskundige zou rekening houden met de verklaring van Kromberg.

Rogers antwoordde dat hij sprak vanuit zijn expertise als politicoloog, niet als advocaat. Hij accepteerde dat Kromberg zijn verklaring had afgelegd, maar vond een bredere kijk belangrijker.

Lewis verklaarde dat Kromberg’s eerste beëdigde verklaring luidde dat “op basis van het beschikbare bewijsmateriaal en de toepasselijke wetgeving een grand jury de aanklacht had goedgekeurd”. Waarom heeft Rogers de grand jury niet genoemd? Rogers zei dat hij een bredere kijk heefd gehad op de vraag waarom er nu een beslissing was genomen om te vervolgen en niet in 2011, waarom Kromberg’s verklaring nu werd afgelegd na een onderbreking van acht jaar. Dit was abnormaal.

Lewis vroeg toen: “Ik wil nagaan waarom u niet het tegenovergestelde standpunt in overweging heeft genomen. Heeeft u het bewijs gezien?” Op dit punt was hij heel vreemd aan het grijnzen, terwijl hij naar de rechter keek, achterover leunend met een arm breed over de rug van zijn stoel, in een soort van vreemd alfamanistisch gebaar. Ik denk dat Rogers’ videoverbinding hem alleen maar een wijds uitzicht gaf op de rechtszaal, dus hoeveel hij kon zien van de lichaamstaal van zijn vragensteller weet ik niet.

Rogers zei dat hij het bewijs had gezien. Lewis gloeide in een duidelijke triomf “je kunt het bewijs niet gezien hebben. Het bewijs is alleen gezien door de grote jury en niet vrijgegeven. Je kunt het bewijs niet gezien hebben. Rogers verontschuldigde zich, en zei dat hij van Lewis had begrepen dat Kromberg’s beëdigde verklaring het bewijs was. Rogers ging verder met te zeggen dat hij minder dan 24 uur geleden een bewijsbundel van 350 pagina’s had ontvangen. Het was niet eerlijk om van hem te verwachten dat hij een exact mentaal beeld zou hebben van elk document.

Lewis keerde toen terug naar een beëdigde verklaring van Gordon Kromberg die zei dat de aanklagers een code hebben die hen verbiedt om politiek gemotiveerde beslissingen te nemen. Rogers antwoordde dat dat in theorie misschien juist is, maar dat het in de praktijk niet waar is, met name in de VS waar een veel hoger percentage van de hoge ambtenaren van het ministerie van Justitie politieke benoemingen waren die met elke regering veranderden. Lewis vroeg Rogers of hij beweerde dat de aanklagers zich niet hielden aan de door Kromberg geschetste code. Rogers antwoordde dat men rekening moest houden met de motivatie van degenen boven de officieren van justitie die hun beslissingen hebben beïnvloed. “Wat u mij geeft is een principiele weergave van de manier waarop de federale aanklagers hun werk moeten doen. Maar ze werken zoals degenen die boven hen staan.”

Lewis herhaalde dat deze code politieke motivatie voor vervolging uitsluit. Beweerde Rogers dat Gordon Kromberg te kwader trouw handelde? Rogers antwoordde nee, maar hij handelde onder politieke leiding. De timing van deze aanklacht na acht jaar was kenmerkend. Lewis vroeg of dat van belang was als er een misdrijf was gepleegd. Hij verwees naar historische vervolgingen van soldaten die meer dan twintig jaar geleden in Noord-Ierland misdaden zouden hebben begaan. Was het politieke motivatie die nu tot nieuwe vervolgingen heeft geleid? Rogers zei dat dit meer te maken had met kwade trouw.

Lewis vroeg of Rogers begreep waarvoor Assange werd vervolgd. Werd hij vervolgd voor het publiceren van de collatoral damage video? Rogers antwoordde nee, de aanklachten waren specifieker en hadden vooral betrekking op de Spionagewet. Lewis verklaarde dat de meeste aanklachten gericht waren op medeplichtigheid aan diefstal en op hacken. Rogers antwoordde dat het blijkbaar een bredere politieke zaak was waarom er überhaupt zo gehandeld werd. Lewis stelde dat met betrekking tot de publicaties, de aanklacht alleen betrekking had op de niet-vermelde namen van bronnen. Rogers zei dat hij begreep dat het openbaar ministerie dat zei, maar dat de verdediging het daar niet mee eens was. Maar de vraag bleef, waarom wordt dit nu wel gedaan? En dat kon je alleen maar bekijken vanuit het oogpunt van de ontwikkelingen in de Amerikaanse politiek van de afgelopen twintig jaar.

Lewis vroeg Rogers te bevestigen dat hij niet zei dat de Amerikaanse aanklagers te kwader trouw zouden zijn. Rogers antwoordde dat hij hoopte van niet, op dat niveau. Lewis vroeg of Rogers’ standpunt was dat er op een hoger niveau een politieke beslissing was geweest om te vervolgen. Rogers zei ja. Dit waren complexe zaken. Het werd beheerst door de politieke ontwikkelingen in de VS sinds ongeveer 1997. Hij wou dat bespreken… Lewis sneed hem af en zei dat hij liever naar bewijs keek. Hij haalde een artikel van de Washington Post uit 2013 aan waarin stond dat er door de regering Obama geen formeel besluit was genomen om Assange niet te vervolgen (dit was hetzelfde artikel dat Lewis gisteren aan Feldstein had geciteerd, waarop hij door Edward Fitzgerald was uitgescholden voor een selectief citaat). Rogers antwoordde ja, maar dat moet in een bredere context worden gezien.

Lewis verhinderde Rogers opnieuw om zijn bewijs te voeren, en gaf de citaten van Assange’s juridische team, opnieuw zoals gisteren aan Feldstein, in die zin dat ze in 2016 niet op de hoogte waren gebracht dat de aanklacht was ingetrokken. Rogers antwoordde dat enkel was wat men van Wikileaks op dat ogenblik zou verwachten. Zij wisten het niet en waren verplicht om voorzichtig te zijn.

Lewis: Accepteert u dat er een doorlopend onderzoek is geweest van de Obama- en daarna van de Trump-regering.
Rogers: Ja, maar we weten niet op welk niveau van intensiteit.
Lewis: Accepteert u dat er geen beslissing was van Obama om niet te vervolgen?
Rogers: Er was geen beslissing om te vervolgen. Het is niet gebeurd.
Lewis: Hoe konden ze vervolgen als Assange in de Ambassade verbleef?
Rogers: Dat sluit niet uit dat er een vervolging wordt ingesteld en dat er een aanklacht wordt ingediend. Dat zou een manier kunnen zijn om druk uit te oefenen op Ecuador.
Lewis: Assange’s advocaat zei dat er geen beslissing was om niet te vervolgen door de Obama regering.
Rogers: Ik heb geaccepteerd dat er geen beslissing was om niet te vervolgen. Maar er was geen vervolging en het werd overwogen.
Lewis: Rechter Mehta zei dat er een lopend onderzoek was naar anderen naast Manning. En Wikileaks tweette de bereidheid van Assange om naar de V.S. te komen om terecht te staan indien aan Manning clementie zou worden verleend.
Rogers: Assange en zijn advocaat konden klaarblijkelijk niet zeker zijn van de situatie. Maar men moet begrijpen dat het naar de V.S.brengen van Julian Assange voor een belangrijke rechtzaak, voor iemand die door vele aanhangers en potentiele aanhangers van Trump als vijand van de staat wordt eschouwd, van essentieel politiek voordeel voor Mr. Trump zou kunnen zijn.

Lewis antwoordde nu dat Rogers geen echte getuige-deskundige was en “een bevooroordeelde mening had gegeven ten gunste van Julian Assange”.

Edward Fitzgerald QC ondervroeg Prof. Rogers vervolgens opnieuw voor de verdediging. Hij zei dat de heer Lewis iets sinister leek te zien in de verklaring van de heer Assange dat de invasie van Polen en de tweede wereldoorlog was begonnen met leugens. Naar welke leugens dacht professor Rogers dat Assange verwees? Rogers antwoordde op de leugens van het naziregime. Fitzgerald vroeg of dit ter zake doende was. Rogers antwoordde ja.

Fitzgerald las de context van Assange’s verklaring waarin ook werd verwezen naar leugens waarmee de Irak-oorlog begonnen was. Rogers was het ermee eens dat leugens die leiden tot oorlog een consistent politiek thema van Assange was. Fitzgerald nodigde Rogers vervolgens uit om de gevolgen van de verandering van de Amerikaanse regering kort samen te vatten. Rogers verklaarde dat onder Trump, het offficiele verhaal van hogere politici op Wikileaks veranderde.

Het Bush-regering had de oorlog met Irak als essentieel bekeken, met de steun van de meeste Amerikaanse mensen. Die mening was geleidelijk aan veranderd tot Obama fundamenteel op een ,,terugtrekking uit Irak” belofte had gewonnen. Zo ook werd van de Afghaanse oorlog gedacht dat die te winnen was, maar geleidelijk aan veranderde de politieke onderneming hun mening. Deze verschuiving in mening was gedeeltelijk toe te schrijven aan Wikileaks. Tegen 2015/2016 had de Amerikaanse politiek zich van de oorlogen afgekeerd en er was geen politieke winst in het vervolgen van Wikileaks.

Toen kwam Trump binnen met een volledig nieuwe houding ten opzichte van het hele vierde amandement en ten opzichte van de openheid en verantwoordingsplicht van de uitvoerende macht. Dat had geleid tot deze vervolging. Fitzgerald leidde Rogers naar een artikel in de Washington Post waarin stond:

Het niet eerder geopenbaarde meningsverschil binnen het ministerie van Justitie onderstreept het beladen karakter van de jarenlange inspanningen van de regering om Assange, een internet-uitgever die herhaaldelijk zijn vijandigheid tegen het Amerikaanse buitenlandse beleid en militaire operaties heeft verklaard, tegen te gaan. Het geval Assange illustreert ook hoe de Trump-regering bereid is om verder te gaan dan zijn voorgangers in de achtervolging van leakers ( klokkeluiders) – en degenen die officiële geheimen publiceren.

Rogers was het ermee eens dat dit zijn standpunt steunde. Fitzgerald vroeg vervolgens naar Lewis’ vergelijking met de vervolging van Britse soldaten voor historische misdaden in Noord-Ierland. Rogers was het ermee eens dat hun vervolging op geen enkele wijze verband hield met hun politieke opvattingen, dus de zaken waren niet vergelijkbaar. Rogers’ laatste punt was dat vier maanden na het aantreden van Barr als procureur-generaal, de aanklachten werden verhoogd van een enkele tot achttien. Dit was een vrij duidelijke aanwijzing dat er politieke druk werd uitgeoefend op het openbaar ministerie.

TREVOR TIMM

De middaggetuige was Trevor Timm, mede-oprichter van de Freedom of the Press Association in San Francisco, wederom via videolink. U kunt zijn volledige bewijsverklaring hier zien. De Freedom of the Press Association onderwijst en ondersteunt onderzoeksjournalistiek en probeert schendingen van de mediavrijheid in de VS te documenteren en tegen te gaan.

De heer Timm getuigde dat er in de VS een rijke geschiedenis is van beroemde verslaggevers die zich bezighouden met defensie en buitenlandse zaken op basis van geclassificeerde documenten. In 1971 had het Hooggerechtshof besloten dat de regering de NYT niet kon censureren van de publicatie van de Pentagon Papers. Er zijn in de loop van de geschiedenis verschillende gevallen geweest waarin de regering de Spionagewet had gebruikt om journalisten te vervolgen, maar er was nog nooit sprake geweest van vervolging, vanwege het eerste amendement op de grondwet.

Ter verdediging stelde Mark Summers QC aan de heer Timms dat dit de zaak van de aanklager was: Chelsea Manning had een misdaad begaan in het klokkenluiden. Dus elke daad die Chelsea Manning hielp of om materiaal verzocht was ook een misdaad. Timm antwoordde dat dit niet de wet was. Het was de standaardpraktijk voor journalisten om bronnen te vragen voor geclassificeerd materiaal. De implicaties van deze vervolging zouden elke journalist die geheime informatie ontvangt, criminaliseren. Vrijwel elke krant in de Verenigde Staten heeft deze beslissing om op deze gronden te vervolgen bekritiseerd, ook de kranten die zich tegen de algemene activiteiten van Wikileaks hebben verzet.

Dit was de enige poging om de Spionagewet te gebruiken tegen een persoon die niet in de regering werkzaam is, afgezien van het AIPAC-geval, dat om die reden niet doorgegaan was . Veel grote journalisten zouden door dit soort vervolging zijn gepakt, waaronder Woodward en Bernstein voor de cultivatie van Deep Throat.

Summers vroeg naar de karakterisering van de aanklager van de beschikbaar stelling van een dropbox door Wikileaks aan een klokkenluider als een criminele samenzwering. Timm antwoordde dat de aanklacht het bezit van een veilige dropbox als een strafbaar feit behandelt. Maar de Guardian, de Washington Post, New York Times en meer dan 80 andere nieuwsorganisaties hebben veilige dropboxen. Het International Committee of Investigative Journalists heeft een dropbox met een specifieke “lek naar ons” pagina waarin om geclassificeerde documenten wordt gevraagd. Timms’ eigen stichting had in 2014 een veilige dropbox (programmatuur) ontwikkeld die ze leerden gebruiken, en die door meerdere nieuwsorganisaties in de VS was overgenomen.

Summers werd gevraagd of nieuwsorganisaties dropboxen adverteerden. Timm antwoordde ja. De New York Times linkt in haar social media berichten naar haar beveiligde dropbox. Sommigen verwijderden zelfs betaalde advertenties voor klokkenluiders. Summers vroeg naar de “meest gezochte lijst” die het openbaar ministerie kenmerkte als uitlokking tot criminaliteit. Timm antwoordde dat meerdere respectabele nieuwsorganisaties actief klokkenluiders vroegen. De “meest gezochte” lijst was een Wiki-document dat door de menigte was samengesteld. Het was geen Wikileaks-document. Zijn eigen stichting had er samen met vele andere mediaorganisaties aan bijgedragen. Summers vroeg of dit een criminele activiteit was. Timm antwoordde ontkennend.

Summers vroeg Timm om zijn gedachten over het rapport van de Inlichtingencommissie van de Senaat over foltering in 2014 uit te leggen. Timm zei dat dit vitale en verpletterende rapport over de betrokkenheid van de CIA bij martelingen zeer geredigeerd is en gebaseerd op duizenden geclassificeerde documenten die niet beschikbaar zijn gesteld aan het publiek. Vrijwel de hele media was daarom betrokken geweest bij pogingen om het geclassificeerde materiaal te verkrijgen dat meer van het verhaal onthulde. Veel van dit materiaal was geclassificeerd als Top Secret – hoger dan het Manning-materiaal. Veel kranten riepen klokkenluiders op om met documenten te komen en hij liet zelf een oproep in die zin publiceren in de Guardian.

Summers vroeg of er ooit aan Timm was gesuggereerd dat dit crimineel gedrag was. Timm antwoordde nee, de algemene overtuiging was dat het eerste amendement de vrijheid van meningsuiting beschermde. De huidige aanklacht is ongrondwettelijk.

James Lewis QC heeft toen een kruisverhoor afgenomen voor de aanklager. Hij zei dat dit verondersteld werd als deskundige mening, maar wist Timm wat dat betekende in de Britse wetgeving? Timm zei dat hij de verplichting had om zijn kwalificatie uit te leggen en de waarheid te vertellen. Lewis antwoordde dat hij ook objectief en onbevooroordeeld moest zijn en geen belangenverstrengeling moest hebben. Maar de Free Press Foundation had bijgedragen aan het defensiefonds van Assange. Lewis vroeg hoeveel? Timm antwoordde 100.000 dollar.

Lewis vroeg of er voorwaarden waren waaronder de Foundation hun geld terug zou krijgen. Timm antwoordde nee, niet voor zover hij weet. Lewis vroeg of Timm zich persoonlijk bedreigd zou voelen als deze zaak zou worden vervolgd. Timm antwoordde dat dit een bedreiging zou vormen voor vele duizenden journalisten. De Spionagewet was zo breed opgesteld dat het zelfs een bedreiging zou vormen voor kopers en lezers van kranten met gelekte informatie.

Lewis zei dat Timm had getuigd dat hij een pleidooi had gehouden voor het lekken van CIA-materiaal. Was hij bang dat hij zelf zou worden vervolgd? Timm antwoordde nee, hij had niet gevraagd om materiaal naar zichzelf te lekken. Maar deze vervolging was een reële bedreiging voor duizenden journalisten die door zijn organisatie worden vertegenwoordigd.

Lewis zei dat het standpunt van de aanklager is dat Assange geen journalist is. Timm antwoordde dat hij een journalist is. Journalist zijn betekent niet werken voor de reguliere media. Dat is een lange juridische geschiedenis die teruggaat tot de pamfletteerders ten tijde van de Onafhankelijkheid.

Dit kruisverhoor ging niet zo goed, en Lewis reikte opnieuw naar de beëdigde verklaring van Gordon Kromberg als naar een troostdeken. Kromberg had gezworen dat het ministerie van Justitie de bescherming van journalisten serieus neemt en dat Julian Assange geen journalist is. Kromberg had verder gezworen dat Julian Assange alleen werd vervolgd voor het samenzweren om illegaal materiaal te verkrijgen, en voor het publiceren van onverhulde namen van informanten die met de dood bedreigd zouden worden. De regering doet er alles aan om te benadrukken dat ze de journalistiek niet vervolgt.

Timm antwoordde dat hij zijn mening baseerde op hoe de aanklacht luidt, niet op het persbericht van het ministerie van Justitie waaruit Lewis had gelezen. Drie van deze aanklachten hebben betrekking op publicatie. De andere aanklachten hebben betrekking op het bezit van materiaal. Lewis zei dat Timm de aanklacht van hacken ontging, die centraal stond in Punt 1 en verschillende andere punten. Lewis citeerde uit een artikel van de Law Review of New York Law School, waarin stond dat het illegaal was voor een journalist om materiaal te verkrijgen van het wrak van een neergestort vliegtuig, van illegale afluisterapparatuur of van diefstal, zelfs als het doel publicatie was. Zou het niet illegaal zijn om samen te spannen met een bron om te hacken?

Timm antwoordde dat de aanklacht in dit geval leek te zijn, dat de hacking bedoeld was om de identiteit van de bron te beschermen, niet om documenten te stelen. De bescherming van bronnen was een verplichting.

Lewis vroeg Timm vervolgens of hij het feitelijke bewijs had gezien dat de aanklacht ondersteunt. Timm antwoordde: slechts op een deel ervan, in het bijzonder op het Java script dat op de berichten tussen Assange en Manning zouden zijn geplaatst. Lewis zei dat Timm niet al het bewijs had kunnen zien omdat het niet was gepubliceerd. Timm antwoordde dat hij niet had gezegd dat hij alles had gezien. Hij had de vermeende Assange/Manning-berichten gezien die waren gepubliceerd.

Lewis zei dat Assange onbehandeld materiaal had gepubliceerd dat levens in gevaar bracht. Dat was de specifieke aanklacht. Timm antwoordde dat, in de veronderstelling dat de bewering waar was, de vervolging nog steeds ongrondwettelijk was. Er was een verschil tussen verantwoordelijk en onverantwoordelijk, en legaal en illegaal. Een daad kan onverantwoordelijk zijn, zelfs beschuldigend, en nog steeds niet illegaal.

Er is nooit vervolging ingesteld voor de publicatie van namen van informanten, zelfs niet als deze in de weg zouden staan. In navolging van de officiele lijn, over kwaad aan informanten specifiek toegeschreven aan de publicatie van Wikileaks’ van de kabels, had Senator Joe Liebermann de Shield Bill in het Congres geintroduceerd. Dat mislukte, specifiek op de grond van het Eerste Amendement. De episode vertelt ons twee dingen; ten eerste dat het Congres de publicatie van de namen van de informanten niet illegaal vond en ten tweede dat ze het ook niet illegaal wilden maken.

Lewis citeerde een redactie van de Guardian die de publicatie van namen veroordeelde, en verklaarde dat de Washington Post, New York Times, El Pais en Der Spiegel onder vele anderen het ook hadden veroordeeld. Timm antwoordde dat het nog steeds niet illegaal was. De Amerikaanse regering zou niet de scheidsrechter moeten zijn over de vraag of een redactionele beslissing al dan niet juist is. Timm vond het ook de moeite waard om terloops op te merken dat al die mediakanalen waarvan Lewis de mening zo hoog in het vaandel had staan, de huidige poging tot vervolging hadden veroordeeld.

Lewis vroeg waarom we de mening van Timm zouden verkiezen boven die van de rechtbanken. Timm antwoordde dat zijn mening in overeenstemming was met die van de rechtbanken. Talloze beslissingen in de loop der eeuwen hebben het Eerste Amendement bekrachtigd. Het was de aanklacht die niet in overeenstemming was met de rechtbanken. De Hoge Raad had uitdrukkelijk gesteld dat er in de First Amendment-zaken geen sprake is van een schade-overweging argument.

Lewis vroeg Timm welke kwalificatie hij had om commentaar te geven op juridische zaken. Timm antwoordde dat hij was afgestudeerd aan de Law School en dat hij was toegelaten tot de New Yorkse balie, maar dat hij in plaats van de praktijk had gewerkt aan een academische analyse van mediavrijheidszaken. De Stichting heeft zich vaak aangesloten bij procedures ter ondersteuning van de mediavrijheid, op amicus-basis.

Lewis zei (op een toon van ongeloof) dat Timm had verklaard dat deze vervolging deel uitmaakte van “Trump’s war on journalism”. Timm kwam hard terug. Ja, legde hij uit, we houden de oorlog van Trump tegen de journalistiek bij. Hij heeft meer dan 2.200 tweets gestuurd waarin hij journalisten aanviel. Hij heeft journalisten “vijanden van het volk” genoemd. Daar is veel materiaal over beschikbaar.

Lewis vroeg waarom Timm niet had opgemerkt dat de Amerikaanse assistent-advocaat Gordon Kromberg specifiek had ontkend dat er een oorlog tegen journalisten was? Timm zei dat hij deze argumenten in zijn bewijsvoering aan de orde had gesteld, maar zonder specifiek naar Kromberg te verwijzen. Lewis verklaarde dat Timm ook niet was ingegaan op de bewering van Kromberg dat Assange niet alleen belast is met de ontvangst van geclassificeerd materiaal. Timm antwoordde dat dit komt omdat de bewering van Kromberg onjuist is. Assange wordt inderdaad beschuldigd van strafbare feiten van o.a. passieve ontvangst. Als je bijvoorbeeld naar Punt 7 gaat en kijkt naar de wetgeving die zij ten laste legt, wordt passief ontvangst en bezit wel degelijk strafbaar gesteld.

Lewis vroeg waarom Timm de verwijzing van Kromberg naar het Grand Jurybesluit had weggelaten? Timm antwoordde dat het heel weinig betekende: 99,9% van de grote jury’s gaat akkoord met het doorgaan van een vervolging. Uit een academische studie van 152.000 grand jury’s was gebleken dat er slechts 11 waren die het verzoek van een federale aanklager om te vervolgen hadden afgewezen.

Lewis vroeg Timm waarom hij niet had vermeld dat Kromberg beweerde dat een federale aanklager geen rekening mag houden met politieke overwegingen. Timm antwoordde dat dit niet in overeenstemming was met de werkelijkheid. Het openbaar ministerie was een van de vele in de oorlog van president Trump tegen de journalistiek. Lewis vroeg of Timm zei dat Kromberg en zijn collega’s te kwader trouw waren. Timm antwoordde nee, maar er was een verhaal in de Washington Post dat meer hooggeplaatste federale aanklagers zich tegen het openbaar ministerie hadden verzet, voor schending van het Eerste Amendement en dus ongrondwettelijk.

Mark Summers kwam vervolgens opnieuw op voor de verdediging. Hij zei dat Kromberg twee redenen aanvoert waarom Assange geen journalist is. De eerste is dat hij met Manning heeft samengespannen om vertrouwelijk materiaal te verkrijgen. Timm antwoordde dat dit cultiveren van een bron een routinematige journalistieke activiteit was. De aanklacht is uitgesloten door het eerste amendement. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat zelfs als een journalist weet dat er materiaal is gestolen (maar niet door hem), hij toch mag publiceren met recht op bescherming van het Eerste Amendement.

Summers vroeg Timm naar Lewis’ vergelijking van het contact van Assange met Manning met diefstal uit een vliegtuigwrak of illegale afluisterapparatuur. Timm zei dat dit vermeende misdrijf dat niveau niet heeft bereikt. De overheid beweert niet dat Assange zelf Manning heeft geholpen om het materiaal te stelen. Het beweert dat hij hulp verstrekte om een code te kraken waardoor Manning beter zijn identiteit kon beschermen.

Lewis onderbrak hier met een lang citaat van een van de beedigde verklaringen van Kromberg, in het effect dat de overheid nu beweert dat Assange Manning hielp een wachtwoord kraken om het verkrijgen van geclassificeerde informatie te vergemakkelijken. Timm zei opnieuw dat de beedigde verklaring van Kromberg blijkbaar niet overeenkwam met de daadwerkelijke aanklacht. De bewering is dat het hacken van het wachtwoord “het moeilijker kan hebben gemaakt om Manning te identificeren”. Het gaat om bronbescherming, niet om diefstal. Bronbescherming is een normale journalistieke activiteit.

Summers stelde dat Kromberg’s tweede beoordeling om te stellen dat Assange geen journalist is, was dat hij de namen van de bronnen publiceerde. Timm antwoordde dat hij begreep dat deze feiten werden betwist, maar in ieder geval had de Hoge Raad duidelijk gemaakt dat een dergelijke publicatie nog steeds de bescherming van het Eerste Amendement genoot. Controversiële redactionele keuze maakte je niet “geen journalist”.

Summers vroeg Timm of hij akkoord ging met de typering van Kromberg dat Assange alleen werd vervolgd voor vermeend hacken en voor het publiceren van namen. Timm zei dat hij dat niet deed. De Punten 16, 17 en 18 waren voor publicatie. Alle andere punten hadden betrekking op bezit. Punt 7 bijvoorbeeld was voor het “bewust onwettig ontvangen en verkrijgen”. Dat beschreef passieve ontvangst van geclassificeerde informatie en zou veel legitieme journalistieke activiteiten criminaliseren. Grote aantallen rapporten van defensie, nationale veiligheid en buitenlandse zaken zouden daaroor strafbaar zijn..

COMMENTAAR

De verdediging heeft de afgelopen twee dagen geprobeerd om geloofwaardig te maken dat dit een politiek gemotiveerde vervolging is en daarom niet in aanmerking komt voor de voorwaarden van het uitleveringsverdrag tussen het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten van 2007 (relevant uittreksel uit het bovenstaande).

In de openingspleidooi in februari had het openbaar ministerie een ronduit belachelijk argument aangevoerd dat artikel 4 van het (uitwisselings-)verdrag niet van toepassing is als het onverenigbaar is met het Britse recht, en een esto-argument dat de activiteit van Assange niet politiek is, omdat in de wet dat woord alleen maar steun kan betekenen voor een bepaalde partij. Vandaar dat Lewis vandaag met Prof. Rogers op dat punt doorzaaagde, waarbij Lewis zijn gevoel voor schaamte verloor.

De primaire tactiek van Lewis was onbeschoftheid en agressie om getuigen in de war te brengen. Hij stelt hun oprechtheid, eerlijkheid, onafhankelijkheid en kwalificaties in vraag. Vandaag is zijn pesterijtactiek stukgelopen op twee betere artiesten dan hij. Dat is geen kritiek op professor Feldstein van gisteren, wiens stille waardigheid en bezorgdheid op een andere manier effectief was in het blootleggen van Lewis als een lomperd.

Lewis’ resterende tactiek is om herhaaldelijk terug te vallen op de beëdigde verklaringen van Gordon Kromberg, US Assistant Attorney, en zijn verklaringen dat de vervolging niet politiek gemotiveerd is, en op Kromberg’s karakterisering van de omvang van de aanklachten, die iedereen behalve Lewis en Kromberg in inconsistent vindt met de overkoepelende aanklacht zelf.

Getuigen nemen begrijpelijkerwijs afstand van Lewis’ uitdaging om Kromberg een leugenaar te noemen, of zelfs om zijn goede trouw in twijfel te trekken. Lewis’s plan is heel duidelijk om aan het eind te verklaren dat elke getuige Kromberg’s goede trouw heeft geaccepteerd en daarom is dit een eerlijke vervolging en heeft de verdediging geen zaak.

Misschien kan ik helpen. Ik accepteer Kromberg’s goede trouw niet. Ik aarzel niet om Kromberg een leugenaar te noemen.

Als het beste wat uw meest ondersteunende collega over u kan zeggen, is dat de islamofoben in de onmiddellijke nasleep van een terreuraanslag wel degelijk tijdelijk populair zijn, dan is er een reëel probleem. Er is een echt probleem met Gordon Kromberg, en Lewis zou wel eens spijt kunnen krijgen dat hij het gewicht van de geloofwaardigheid van zijn hele zaak aan hem verbindt

Kromberg heeft een terugkerende geschiedenis van islamofobe opmerkingen, ook over moslimvrouwen. Zoals de Wall Street Journal op 15 september 2008 meldde,

“Kromberg heeft de laatste tijd veel aandacht gekregen voor gemaakte uitspraken en gekozen tactieken bij de vervolging van terrorisme”… zei Andrew McCarthy, een voormalige federale aanklager voor terrorisme. “ “Zolang er niks gebeurt, willen ze graag zeggen dat je een Islamofoob bent. Op het moment dat er iets ‘Boem’ gaat, als een volgende 9/11 plaatsvindt, moge God iedereen helpen, die zegt dat hij niet zo agressief is als Gordon.”

Voor de Britse lezers is Kromberg Katie Hopkins met een wettelijke opdracht. Onthoudt dat beeld, elke keer dat Lewis op Gordon Kromberg vertrouwt.

Meer ter zake, alle deskundige getuigen hebben tot nu toe gezegd dat Kromberg’s kostbare memorando’s die de omvang van de aanklacht uitleggen, onnauwkeurig zijn. Het staat op gespannen voet met de feitelijke praktijk in de VS (de advocaat Clive Stafford Smith maakte dit punt) en met de feitelijke statuten waarnaar het verwijst (de advocaten Trevor Timm en natuurlijk Mark Summers QC voor de verdediging maken dit punt allebei).

Cruciaal is dat Kromberg een bewezen geschiedenis heeft van juist dit soort verdraaiing van het statuut. Eveneens uit het Wall Street Journal:

Bondsrechter Leonie M. Brinkema heeft de officier van justitie [Kromberg] uitgescholden en zijn opmerking beledigend genoemd. Eerder had ze Kromberg gekastijd voor het veranderen van een standaard-immuniteitsregel die verder ging dan de door het Congres gespelde taal en vroeg ze zich af of de grondwettelijke rechten van Arian waren geschonden. “,,Ik schrijf in geen opzicht kwade motieven of om het even wat clandestien aan u toe, maar ik denk het echte beangstigend en niet wijs voor een eiser is om een orde aan het Hof te verstrekken dat niet de expliciete taal van de statuten, vooral dit bepaalde statuut volgt,” Aldus Brinkema bij de hoorzitting in de Alexandria rechtszaal.

De volgende keer dat Lewis een getuige vraagt of ze de goede trouw van Kromberg in twijfel trekken, zouden ze misschien “ja” kunnen antwoorden. Het zal zeker niet de eerste keer zijn. Zoals Trevor Timm vandaag getuigde, hadden hoge officieren van justitie zich, vanwege ongrondwettelijk, verzet tegen deze vervolging en weigerden ze erbij betrokken te zijn. Trump bleef achter met deze in diskrediet gebrachte rechtse bal. Nu zijn we hier bij de Old Bailey, met een spartelende Lewis die zich vastklampt aan deze lomperik Kromberg voor intellectuele steun.


Geef een reactie