Bron: Vijay Prashad en Jie Xiong 
globetrotter 17 april 2021 (EN) ~~~

Op 22 maart 2021 keurde de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Antony Blinken sancties goed tegen Wang Junzheng, secretaris van het Chinese Communistische Partijcomité van het Xinjiang Productie- en Bouwkorps (XPCC), en Chen Mingguo, directeur van het Xinjiang Bureau voor Openbare Veiligheid (XPSB) ). Deze sancties, aldus Blinken, zijn opgelegd aan Junzheng en Chen Mingguo omdat zij ervan worden beschuldigd betrokken te zijn bij “genocide en misdaden tegen de menselijkheid in Xinjiang”. Het Amerikaanse ministerie van Financiën volgde met zijn eigen sancties.

Zowel Wang Junzheng als Chen Mingguo hebben in een reactie deze sancties veroordeeld, die niet alleen door de VS, maar ook door Canada, het VK en de EU zijn opgelegd. Wang Junzheng zei dat de sancties “een grove laster zijn”, terwijl Chen Mingguo zei dat hij “zeer trots was dat hij door deze landen werd gesanctioneerd”.

Verenigde Staten richten zich op Azië

In oktober 2011 had de toenmalige minister van Buitenlandse Zaken van de VS, Hillary Clinton, een “pivot to Asia aangekondigd, met China in het middelpunt van de nieuwe koers. Terwijl Clinton meermaals had gezegd – onder meer in Hawaï in november 2011 – dat de regering van voormalig VS-president Barack Obama “een positieve en coöperatieve relatie met China” wilde opbouwen, vertelde de opbouw van het VS-leger langs de Aziatische kust een ander verhaal.

In de Amerikaanse Quadrennial Defense Review van 2010 wordt gewezen op “China’s groeiende aanwezigheid en invloed in regionale en mondiale economische en veiligheidskwesties” en wordt dit “een van de gevolgen van de ontwikkeling van het strategische landschap” genoemd. In 2016 had de Amerikaanse marine-admiraal Harry Harris, hoofd van het Pacific Command, gezegd dat de Verenigde Staten klaar zijn om “China te confronteren”, een uitspraak die kracht zette bij de Amerikaanse militaire opbouw rond China.

De regeringen Trump en Biden hebben zich grotendeels gehouden aan het beleid van “pivoting to Asia”, met een bijzondere nadruk op China. De Verenigde Staten hebben moeite gehad om de snelle wetenschappelijke en technologische vooruitgang van China bij te benen en beschikken over weinig intellectuele of industriële middelen om de concurrentie aan te gaan.

Daarom heeft het getracht de vooruitgang van China tegen te houden door middel van diplomatieke en politieke macht en informatie-oorlogvoering. Deze elementen vormen wat bekend staat als “hybride oorlog”.

Een complex met wat wordt verondersteld een heropvoedingskamp te zijn waar voornamelijk etnische moslimminderheden worden vastgehouden in de buitenwijken van Hotan, in China’s noordwestelijke regio Xinjiang. Foto: AFP / Greg Baker

Informatie Oorlogsvoering

Voorafgaand aan een evenement in maart 2019, mede georganiseerd door de Amerikaanse Missie voor Internationale Organisaties in Genève, waren de meeste mensen in landen als de Verenigde Staten grotendeels niet op de hoogte van het bestaan van de regio Xinjiang in China, laat staan van de 13 miljoen Oeigoeren (een van China’s 55 erkende etnische minderheden).

Aangezien de Oeigoeren de demografische meerderheid vormen in deze meest westelijke provincie van China, is de officiële naam van de bestuurlijke eenheid de Oeigoerse Autonome Regio Xinjiang.

Het evenement van maart 2019 werd bijgewoond door Adrian Zenz , een Duitse onderzoeker en senior collega in China Studies bij de Victims of Communism Memorial Foundation , een organisatie die in 1993 door de Amerikaanse regering is opgericht om anticommunistische standpunten te promoten. In april 2020 beschuldigde de stichting – tegen alle bewijzen in – dat China verantwoordelijk is voor de wereldwijde sterfte ten gevolge van de verspreiding van COVID-19.

Zenz is ook verbonden aan de conservatieve denktank voor defensiebeleid de Jamestown Foundation , opgericht door William Geimer, die nauw verbonden was met de regering-Reagan.

Zenz en Ethan Gutmann, een andere onderzoeker van de Victims of Communism Memorial Foundation, zouden hun conclusies over de genocide in Xinjiang blijven herhalen ten overstaan van het Amerikaanse Congres en in een aantal gangbare publicaties .

Gehost door BBC en Democracy Now. verstrekte ZenZ documentatie over wreedheden van de “Chinese autoriteiten” tegen de Oeigoerse bevolking.

Zenz en Gutmann zouden worden gesteund door organisaties die door westerse regeringen worden gefinancierd maar zich als NGO’s voordoen; als onafhankelijke onderzoeks- en belangengroepen (zoals het Global Center for Responsibility to Protect en het Uighur Human Rights Project ; de eerste wordt gefinancierd door westerse regeringen en de laatste door de National Endowment for Democracy (NED) van de regering van de VS ).

In juni 2020 viel de toenmalige Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Mike Pompeo de Chinese regering aan met zijn uitspraken over Xinjiang over de “schokkende onthullingen van de Duitse onderzoeker Adrian Zenz.”

Zenz, een door de Amerikaanse regering gefinancierde onderzoeker bij de Jamestown Foundation, die rijk is aan inlichtingen, levert een reeks wetenschappelijk twijfelachtige en politiek geladen documenten die vervolgens door de Amerikaanse regering als feiten worden gebruikt in haar informatieoorlog tegen China. Intussen wordt iedereen die vraagtekens zet bij Zenz’ beweringen gemarginaliseerd als een samenzweringstheoreticus.

Diplomatieke en economische oorlog

De informatieoorlog van de Amerikaanse regering tegen China heeft geleid tot het “feit” dat er genocide in Xinjiang plaatsvindt. Zodra dit is vastgesteld, helpt het om diplomatieke en economische oorlogsvoering te ontwikkelen.

Op 22 maart 2021, dezelfde dag als de Amerikaanse sancties , heeft de Raad van de Europese Unie eenzijdig vier Chinese regeringsfunctionarissen, onder wie Wang Junzheng en Chen Mingguo, en Wang Mingshan en Zhu Hailun, tegoeden bevroren en een reisverbod opgelegd.

Ook het Verenigd Koninkrijk en Canada hebben zich die dag bij deze inspanning aangesloten. Het leek een gecoördineerde diplomatieke aanval op China te zijn om China af te schilderen als een land dat de mensenrechten schendt. Deze aanval kwam kort nadat China een belangrijke doelstelling op het gebied van de mensenrechten had bereikt, namelijk 850 miljoen mensen uit de absolute armoede te halen. De Amerikaanse regering en haar media probeerden deze opmerkelijke prestatie op het gebied van de mensenrechten aan te vechten.

Trump had voor een handelsoorlog met China geijverd zodra hij in januari 2017 zijn ambt aanvaardde. zijn beleidskader blijft van kracht onder Biden.

o publiceerden Adrian Zenz en het Newlines Institute for Strategy and Policy (voorheen het Center for Global Policy) medio december 2020 een informatiebrief over “Forced Labor in Xinjiang”, waarin zij de handelsoorlog en de Xinjiang-informatieoorlog samenvatten.

De aantijgingen in die brief, die voortbouwden op een artikel in de Wall Street Journal uit 2019 over toeleveringsketens en Xinjiang, veroorzaakten een mediastorm in het Westen, die werd versterkt door Reuters en vervolgens door veel veel gelezen uitgevers werd opgepikt. Het leidde tot het verbod van de Amerikaanse regering op katoen uit Xinjiang.

Een derde van de textiel en kleding in de wereld is afkomstig uit China, dat jaarlijks 120 miljard dollar aan export van deze producten genereert en 300 miljard dollar aan export van alle goederen.

De politie patrouilleert terwijl moslims de Id Kah Moskee verlaten na het ochtendgebed op Eid al-Fitr in de oude stad van Kashgar in de Oeigoerse autonome regio Xinjiang. Foto: AFP / Johannes Eisele

Volgens het Chinese Bureau voor de Statistiek komt 87% van China’s totale katoenproductie uit Xinjiang. Het grootste deel van het katoen van hoge kwaliteit uit Xinjiang – en van het textiel dat daarvan in China wordt gemaakt – gaat naar westerse kledingbedrijven zoals H & M en Zara.

In 2009 vormden veel van deze ondernemingen het Better Cotton Initiative (BCI), dat – tot vorig jaar – optimistisch was over de ontwikkelingen in Xinjiang (inclusief coöperaties van kleine boeren in Xinjiang). Nog op 26 maart 2021 gaf het BCI een duidelijke verklaring af: “Sinds 2012 heeft de projectlocatie Xinjiang in de loop der jaren geloofwaardigheidscontroles en beoordelingen door derden uitgevoerd en nooit één geval gevonden dat verband hield met incidenten van dwangarbeid.”

Ondanks de recente zelfverzekerde verklaring en het optimisme van de BCI veranderen de zaken snel voor de katoenboeren in Xinjiang nu de BCI zich lijkt aan te sluiten bij de verscherping van de hybride oorlog van de VS tegen China. De BCI heeft haar pagina over haar werkzaamheden in China gesloten, China beschuldigd van “dwangarbeid” en andere schendingen van de mensenrechten en een Task Force on Forced Labor and Decent Work opgericht.

Regeringsambtenaren van Xinjiang betwistten deze beweringen Deze beweringen zeggen dat veel van de veldarbeid voor katoen in Xinjiang reeds is vervangen door machines (waarvan een groot deel is geïmporteerd door het Amerikaanse bedrijf John Deere).

Een recent boek onder redactie van Hua Wang en Hafeezullah Memon – Cotton Science and Processing Technology – bevestigt dit punt, aangezien een aantal media berichten van vóór 2019. Feiten als deze lijken geen schijn van kans te maken , in de overweldigende informatieoorlog. Xinjiang – twee en een half keer zo groot als Frankrijk – bevindt zich nu in het epicentrum van een Koude Oorlog die het niet zelf heeft veroorzaakt.

Dit artikel is geproduceerd door  Globetrotter

Vijay Prashad is een Indiase historicus, redacteur en journalist. Hij is auteur en hoofdcorrespondent bij Globetrotter. Hij is de hoofdredacteur van LeftWord Books en de directeur van Tricontinental: Institute for Social Research . Hij is senior non-resident fellow aan het Chongyang Institute of Financial Studies van de Renmin Universiteit van China. Hij heeft meer dan 20 boeken geschreven, waaronder The Darker Nations en The Poorer Nations . Zijn laatste boek is Washington Bullets met een inleiding van Evo Morales Ayma.

Jie Xiong is een Chinese technoloog, vertaler en redacteur. Hij heeft deelgenomen aan het digitaliseringsproces van verschillende toonaangevende bedrijven in China. Hij is de oprichter van Shanghai Maku Cultural Communications Ltd, een bedrijf dat China introduceert bij de lezers van het Zuiden. Hij is senior onderzoeker bij het Sichuan Instituut voor Hoogwaardige Ontwikkeling. Hij heeft meer dan 10 boeken geschreven en vertaald. Zijn laatste vertaling is Cybernetic Revolutionaries.

Topfoto: Een lid van de Oeigoerse minderheid draagt een gezichtsmasker met een vlag van Oost-Turkestan terwijl ze demonstreren om nieuws te vragen over hun familieleden en om hun bezorgdheid te uiten over de ratificatie van een uitleveringsverdrag tussen China en Turkije, op 22 februari 2021 in de buurt van het Chinese consulaat in Istanbul. Foto: AFP / Ozan Kose


Eerdere berichten in dit Nederlandstalige archief:

Er is veel desinformatie in de gevestigde media. Maar gelukkig ook ook veel correcte onderzoeken en analyses van de situatie in Xinjiang, door onafhankelijke en/of niet-westerse media. Hieronder een uitgebreide opsomming, die regelmatig aangevuld zal worden :

2021