Bron: Fleur Leysen dewereldmorgen.be 11 mei 2021 ~~~
Palestijnse families in Oost-Jeruzalem dreigen slachtoffer te worden van nieuwe uitzettingsplannen. Het Israëlisch Hooggerechtshof beslist binnenkort of enkele families uit de wijk Sheikh Jarrah al dan niet uit hun huis worden gezet. Door de escalerende repressie van het verzet tegen deze illegale verdrijvingen in de voorbije dagen werd de situatie in Palestina weer even voorpaginanieuws.
Toch schort er nog heel wat aan de berichtgeving over de Palestijnse kwestie, waarbij Israël nog te vaak buiten schot wordt gehouden. Waar de populaire media voornamelijk berichten over de zogenaamde ‘rellen’, gaan ze volledig voorbij aan de onderliggende dynamieken in het gebied.
Wat is er aan de hand in Oost-Jeruzalem?
In Sheikh Jarrah, een wijk in Oost-Jeruzalem, staan vier Palestijnse families voor een mogelijke uithuiszetting. Het Israëlische Hooggerechtshof claimt dat deze families niet over de juiste papieren beschikken en dat Israëlische settlers – Israëli’s die zich op het Palestijnse grondgebied gevestigd hebben – het recht hebben hun huizen in te nemen.
“Stel je even voor dat je op je gemak thuis zit, een huis waarin je je hele leven gewoond hebt, tot er opeens soldaten binnenstormen. Soldaten die claimen dat je huis niet van jou is en je het meteen moet verlaten. En dan heb je geen keus. Je kijkt toe hoe je geliefde thuis wordt overgedragen aan een onbekende familie, met de hele inboedel en alle herinneringen nog intact. Dit is exact wat mijn volk in Oost-Jeruzalem te wachten staat.” – Afaf Alnajjar, Gazaanse inwoonster.[i]
Deze wijk was al eerder het toneel van onwettelijke uithuiszettingen. In 2009 ondergingen drie families uit de buurt al hetzelfde lot. Een lot dat mogelijk ook meer dan tweehonderd andere Palestijnse families in de toekomst te wachten staat.
Als antwoord op de dreiging trokken Palestijnen massaal de straat op. De protesten leidden tot een hardhandig optreden van de Israëlische politie. De troepen vielen uiteindelijk de Al-Aqsa moskee binnen met rubberen kogels, flitsgranaten en traangas. Naar schatting raakten driehonderd Palestijnen gewond. Ze hadden immers weinig slagkracht tegen de zwaarbewapende agenten.
De aanvallen vonden plaats tijdens de heilige maand Ramadan, op een van de meest heilige plaatsen ter wereld voor moslims. De Al-Aqsa moskee fungeert wel vaker als het geheime wapen van de Israëlische ordediensten. Maken de Palestijnen het in hun ogen te bont, dreigen ze de heilige plek aan te vallen.
Hamas eiste de terugtrekking van de Israëlische troepen. Toen dit niet gebeurde, reageerde de beweging met enkele raketten richting Israël. Israël besloot daarop een serie luchtaanvallen uit te voeren op Gaza, die 24 mensen het leven kostte.
Gaza is immers een gemakkelijk doelwit. De enclave zit reeds bijna vijftien jaar op slot door een Israëlische en Egyptische blokkade en de inwoners kunnen geen kant uit. De Israëlische defensie rechtvaardigt telkens de aanvallen door te melden dat enkele terroristische strijders zijn omgekomen. Dat de aanvallen ook negen kinderen doodden vermelden ze er dan weer niet bij.
This video is a horrifying testament to what Zionism has done to Judaism.
pic.twitter.com/V8ksO1LMlc— Joshua Leifer (@joshualeifer) May 10, 2021
Terwijl Oost-Jeruzalem en Gaza momenteel bijna letterlijk en figuurlijk in brand lijken te staan, vieren Israëlische nationalisten intussen vrolijk Jeruzalem Dag op Kotel Plaza. Voor hen zijn de uitzettingen immers enkel goed nieuws. Dit maakt deel uit van een groter koloniaal project. Hier wordt echter niet over bericht door de populaire media.
Framing and shaming
In de media worden de beide partijen veelvuldig tegenover mekaar gezet, alsof het hier om een gelijkwaardig conflict zou gaan. Het gaat dan over ‘opstanden’ of ‘rellen’. Het lijkt te draaien rond wederkerige escalaties en uitdagingen. Raketaanvallen worden beschreven als vergelding en over de doden in Gaza wordt maar matig gerapporteerd.
Dat elke twaalfjarige in Gaza al drie oorlogen heeft moeten ondergaan en nu opnieuw raketaanvallen moet incasseren, wordt dan ook doodgezwegen. Of dat Palestijnen al decennia hun eigen land worden uitgedreven wordt ook liever niet vermeld.
Een duidelijke constante in de berichtgeving lijkt de voortdurende nood om Israël niet té veel te beschuldigen. Het is dan ook een veelgebruikte strategie om in de plaats daarvan de Palestijnse strijd te criminaliseren. De Palestijnse bevolking is hier dan ook vaak de boeman.
Zij bekogelen de politie, zij zorgen voor rellen, zij zoeken vergelding. En de Israëlische soldaten? Die reageren alleen maar op provocaties. En op die manier draait het niet langer om een strijd voor fundamentele mensenrechten of om de verdediging van hun huis, hun thuis.
De schuld leggen bij de Palestijnen, de zogenaamde Arabische tegenpool van het westers gezinde Israël, is uiteraard een discours dat gesmaakt wordt. Een discours tevens dat dubieuze handelsakkoorden met Israël in stand weet te houden.
Maar dan zouden de media zich een belangrijke vraag moeten stellen: is het vrijwaren van de relatie met Israël daadwerkelijk belangrijker dan de Palestijnse levens die verloren gaan? Zijn dit dan echt de veelgeprezen westerse waarden die ons zo nauw aan het hart liggen? Want vergeet niet dat het bijna obsessieve verlangen ‘neutraal’ te blijven in berichtgeving over Israël uit zichzelf al een waardeoordeel inhoudt.
Dit is geen ‘conflict’
Laat één ding duidelijk zijn: de situatie in Israël/Palestina is géén ‘conflict’. Het heeft ook geen zin te spreken over ‘onrust’. Die ‘onrust’ is voor de vele Palestijnen op de Westelijke Jordaanoever of in Gaza namelijk al decennialang de status quo. Zij kennen geen rust meer sinds de zionisten hun intrek namen in het land.
Laten we het beestje daarom bij de naam benoemen: settler colonialism[ii], het systematisch verdrijven van de Palestijnse bevolking uit hun eigen land. Dit is een uitgekiende strategie van apartheid en etnische zuivering.
Israël zal immers Palestijns land blijven annexeren of de inheemse bevolking blijven vervangen door settlers tot de Palestijnen gestaag verdreven zijn. Er kan voor de zionisten immers maar één staat zijn tussen de rivier en de zee, namelijk een Joodse.
Dit is dus geen conflict. Het zo benoemen doet de werkelijkheid teniet en negeert de machtsdynamiek in het gebied. Dit is een kwestie van Israëlisch staatsgeweld tegenover de Palestijnse bevolking, met slechts één doel voor ogen: het wegwerken van de Palestijnse meerderheid.
De toenemende bezetting van Sheikh Jarrah maakt dan ook deel uit van een groter demografisch project. Door de wijk in te palmen hopen de zionistische machten hun positie in bezet Oost-Jeruzalem te versterken, waar de Palestijnen al lang gedegradeerd zijn tot tweederangsburgers – hoewel zelfs deze term de lading niet langer dekt. De uitzetting van Palestijnen, de Israëli’s die zich vervolgens zonder zorgen in hun huizen nestelen en de aanhoudende aanvallen maken pijnlijk duidelijk hoe de Israëlische apartheid te werk gaat.
Wat er momenteel gebeurt in Sheikh Jarrah is bovendien geen alleenstaand geval. Ook in andere wijken in Oost-Jeruzalem, bijvoorbeeld in Silwan, vinden dergelijke uitzettingen plaats. In de Palestijnse stad Hebron schieten Israëlische nederzettingen als paddenstoelen uit de grond. Elke nieuwe nederzetting perkt de rechten en vrijheden van de Palestijnse bewoners verder in. De Palestijnse zuivering gaat meedogenloos verder.
Palestina roept, wij zwijgen
Vele leiders, beroemdheden en partijen hebben zich ondertussen uitgesproken over het onrecht in Sheikh Jarrah. Het is echter niet voldoende om enkel de huidige situatie in Oost-Jeruzalem te veroordelen en intussen weg te kijken bij de algehele bezetting van Palestina. Het is niet voldoende om met een enkele tweet misnoegen te uiten over de situatie, maar intussen geen concrete stappen te ondernemen.
Hoewel solidariteit een welkome eerste stap is, is de tijd van eeuwig lanterfanten al lang voorbij. Nu is het tijd voor doelgerichte actie, die verder gaat dan het uiten van solidariteit. Willen we echt verandering teweegbrengen en de Palestijnse rechten vrijwaren, moet de situatie in alle eerlijkheid benoemd worden. Enkel als men de juiste termen erkent – ook in het mainstream debat – kan Israël als dusdanig veroordeeld en gesanctioneerd worden.
Op 15 mei wordt de Nakba[iii] herdacht in Palestina – hoewel officieel verboden door de Israëlische overheid. Met de herdenking van de Nakba in zicht is het belangrijk stil te staan bij het feit dat zelfs 73 jaar na de Nakba de bevolking van Palestina nog steeds geterrorisieerd wordt en uit hun land verdreven. Of hoe de Nakba in feite nooit geëindigd is.
De Palestijnen zullen gegarandeerd blijven vechten voor hun vrijheid. Hun strijd mist echter slagkracht zolang de internationale gemeenschap hun verzet blijft afdoen als ‘agressie’ of ‘terreur’. Beetje bij beetje verliezen ze ademruimte, maar niemand lijkt hen soelaas te bieden.
De Palestijnse strijd is geen ver-van-ons-bed-show. Dit belangt ons allen aan. Europa heeft de Palestijnse kwestie in de hand gewerkt en kan een belangrijke rol spelen in het eindigen van dit onrecht.
Daarom is het belangrijk dat we hierover praten, écht praten, dat we de mainstream berichtgeving hierover in vraag stellen, dat we het volledige verhaal vertellen dat in de populaire media vaak geschuwd wordt, of dat de Palestijnen zelf eens aan het woord kunnen komen worden.
En dat wanneer de Palestijnen roepen, we niet langer zwijgen.
Notes:
[i] Afaf Alnajjar vertelt over hoe ze de ontwikkelingen in Israël/Palestina ervaart vanuit Gaza
[ii] Settler colonialism of vestigingskolonialisme is een vorm van kolonialisme waarbij het doel van de kolonisator is de oorspronkelijke bevolking van een regio te vervangen.
[iii] De Nakba (catastrofe) duidt de Palestijnse vlucht aan van 1948-1949 toen meer dan 700.000 Palestijnse Arabieren – ongeveer de helft van de vooroorlogse Arabische bevolking van Palestina – tijdens de oorlog van 1948 vluchtten of uit hun huizen werden verdreven.